146 d. Waarom is tot op heden geen duidelijk standpunt kenbaar gemaakt ten opzichte van het bestuur? e. Is het college niet bereid om ook aan het werkgelegenheids aspect in de gemeente alle aandacht te besteden, daar huize Sancta tot een van de grootste "bedrijven" in de gemeente gerekend mag worden? f. Welke stappen gaat het college ondernemen om aan deze slepende kwestie een einde te maken? Antwoord: Algemene gegevens In 1970 heeft het bestuur van het verpleegtehuis Sancta Maria de mogelijke bouw van een verpleegstersflat aangekaart. Na het nodige overleg tussen dat bestuur en de gemeente komt als plaats naar voren het terrein op de hoek van de Doelstraat en de St.Jorisstraat. Met betrekking tot de financiering van dat projekt wordt gedacht aan de woningwetsektor, de premiesektor of de corpo- ratiesektor. Er worden nadere plannen uitgewerkt. De uitgewerkte plannen en situering worden ons op 8 april 1972 toegezonden. Hier na volgt bestudering van het bouwplan, dat overigens slechts rea liseerbaar is met een procedure ex de artikelen 19 van de wet op de ruimtelijke ordening en 50, lid 8, van de woningwet. De zogenaamde verklaringen van geen bezwaar worden op 26 .juli 1972 bij gedeputeerde staten aangevraagd. Pd.15 december 1972 wordt ons bericht, dat die verklaringen van geen bezwaar zijn geweigerd. Aan het gebied, waarop de flat zou moeten komen, is destijds bij de goedkeuring van het saneringsplan Centrum 1968 goedkeuring onthou den, omdat de aldaar geplande woonflats teveel ingeklemd zouden worden tussen andere bestemmingen als winkels, parkeren en wegen. De weigering van de verklaringen van geen bezwaar ten behoeve van de verpleegstersflat motiveerden gedeputeerde staten, dat naar hun mening dat bouwplan qua situering en verschijningsvorm niet wezen lijk afwijkt van de opzet van het gedeelte van het bestemmingsplan "Centrum 1968", waaraan destijds goedkeuring is onthouden. Daarna is naar wegen gezocht om toch te kunnen komen tot de bouw van een verpleegstersflat of iets dergelijks. Inhoudelijk ingaande op de vragen zelf kan worden gesteld: Ad a. Er was voor ons college geen enkele aanleiding om de raad hierover speciaal te informeren. Er doen zich meer gevallen voor, waarbij verklaringen van geen bezwaar worden geweigerd. Ad b. Nu het idee van verpleegstersflat steeds meer verlaten wordt en de gedachten uitgaan naar een woonunit voor bejaarden, alleenstaanden (waar onder verpleegsters) en onvolledige gezinnen zijn wij van mening, dat de realisering van een dergelijk projekt niet direct op de weg ligt van de stichting bejaardencentrum Huize Zevenbergen, maar veeleer tot de taak behoort van de "stichting woningbouw Ze venbergen", die overigens in principe tot realisering bereid is. Ad o. Alhoewel de huisvesting van verplegend personeel voor een verpleeg tehuis/bejaardencentrum een belangrijk facet in de organisatie kan zijn, behoeft onzes inziens de zaak niet overtrokken te worden door te stellen, dat realisering van het onderhavige bouwplan de keten van de gezondheidszorg slechts kompleet kan maken.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1976 | | pagina 146