86 Over het toelaten van dienstwoningen zou hij willen opmerken, dat een woongebied woongenot moet kunnen opleveren. Dit wordt misschien onthouden aan de mensen, die misschien op het industrieterrein Moerdijk zouden gaan wonen. Ook aan de kinderen zouden misschien minder attractieve woonomstan digheden geboden kunnen worden. Op dit industrieterrein vestigen zich bedrijven, die diep vaarwater nodig hebben, continuebedrijven, zware industrie en geen éénmansbedrijven. Dergelijke bedrijven maken dag en nacht lawaai. Daarom is het nodig een goede scheiding te bevorderen tussen bedrijven en woongebied. Dit is zelfs dusdanig onderkend, dat men daartussen een groen- gordel heeft aangelegd. Zijn fractie vindt, dat er al genoeg planologische vergissingen gemaakt zijn. Laten we proberen dat hier te vermijden, a_:dus het lid Gerla. Zijn fractie zal dan ook stemmen tegen het voorstel. Ook het lid van Engelen voert bezwaren tegen het voorstel aan. Hij baseert deze primair op de spanningen, die er voor de kinderen, die daar zouden moeten wonen, zouden gaan ontstaan. De verantwoordelijkheid voor die groep moet de raad zeer goed beseffen. Zijn fractie zal derhalve tegen de wijziging van de bebouwingsvoorschriften stemmen, hetwelk tevens inhoudt, dat zij het bezwaarschrift gehonoreerd zou willen zien. Het lid mevrouw Krijnen-Boot zegt ook moeite met het voorstel te hebben. In het voorstel staat, dat in het oorspronkelijke plan. ook de mogelijkheid aanwezig was om dienstwoningen te bouwen. Dit vindt zij een betrekkelijk motief. Na 1969 is pas goed de zorg voor het milieu op gang gekomen. Om die reden kwam het convenant tot stand en werd de groengordel aangelegd. In dat licht moet men haars inziens ook het bezwaar van Shell zien. Zij meent, dat er te veel tegenstrijdigheden zitten in het bouwen van dienstwoningen daar en het treffen van allerlei voorzieningen, die het leefklimaat in de omge ving van het industrieterrein juist moeten beschermen. De voorzitter antwoordt, dat de zaak naar de mening van het college ernstig overtrokken wordt. Als er woorden worden gebezigd als "woongebied" en "woongenot" meent hij te moeten stellen, dat het niet de bedoeling is hier een woongebied te creëren. Ook kan zijns inziens het Rijnmondgebied op geen enkele wijze vergeleken worden met het Moerdijkgebied. Hier is geen enkele sprake van een integratie van het Moerdijkgebied in het woongebied, zoals dat het geval is in het Rijnmondgebied, Spreker weerlegt de opmerking van het lid Gerla, dat zich op het Moerdijkgebied alleen bedrijven zouden vestigen, die diep vaarwater zoeken. Dit voorstel betreft juist bedrijven, die zich vestigen op het kleine deel van het industrieterrein, de zogenaamde "droge industrie" en die in uitzonderingsgevallen een beroep zouden willen doen op ontheffing onder aantoning, dat voor de functionering van dar bedrijf een dienstwoning een belangrijke factor zou kunnen zijn. Het behoeft dan nog niet eens altijd in de bewakingssector te zijn. Het zou ook kunnen zijn ten behoeve van bijvoorbeeld een.transportbedrijfwaar eigenlijk altijd iemand aanwezig moet zijn. Wat het bezwaarschrift van Shell betreft, antwoordt de voorzitter, dat aan de orde is een herziening van het bestemmingsplan. Daartegen is een be zwaarschrift ingediend. Het is een normale zaak, dat op een dergelijk be- zwaarschrift bij de behandeling van de herziening van het pian een beslissing wordt genomen. Dat is wettelijk zo geregeld. Een garantie bij het verlenen van ontheffing is gelegen in het altijd moeten inschakelen van de inspekteur van de volksgezondheid. In het voorstel is nog gestold, dac de Shel m iyoy geen bezwaar heeft gemaakt, terwijl toen de mogelijkheden van dienstwoningen veel ruimer geregeld waren.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1975 | | pagina 86