c f 85 De voorzitter constateert, dat het lid Huijssoon is benoemd. Hij vraagt of het lid Huijssoon deze benoeming aanvaardt, hetwelk bevestigend wordt be antwoord Vervolgens wordt schriftelijk gestemd voor de aanwijzing van het tweede lid in de commissie. Uitgebracht worden 15 stemmen. De uitslag is als volgt: het lid van Oerle 10 stemmen het lid Gerla 5 stemmen. De voorzitter constateert, dat het lid van Oerle is benoemd en vraagt aan hem of hij de benoeming aanneemt. Het lid van Oerle antwoordt bevestigend. De voorzitter constateert, dat daarmee tevens ais plaatsvervangende leden zijn gekozen de leden Ooijen en Uijne. Het lid mevrouw Krijnen-Boot zou na dit punt graag haar vraag stellen met betrekking tot de wijkraad te Langeweg, zoals zij reeds heeft aangekon digd. Vanuit de vergadering wordt hiertegen bezwaar gemaakt. Men is van mening dat het buiten de orde is en op het vragenuurtje thuis hoort. De voorzitter zegt, dat hij na de vergadering daarover even nader met haar wil spreken. 8. Voorstel tot herziening van de bebouwings voorschriften, behorende bij het vastge stelde en goedgekeurde bestemmingsplan "Industrieterrein Moerdijk" (2e partiële herziening) Het lid Makkink oppert dat de intentie van allen, die een goede afschei ding (groengordel) willen tussen woongebied en industriegebied, nooit kan en mag geweest zijn om een woongebied te creëren tussen die groengordel en de industrie. Vanuit dit gezichtsveld moet men zijns inziens het voorliggende voorstel dan ook benaderen. Als tweede argument moet men zijns inziens hanteren, dat -als men zijn of haar werkplaats op het industrieterrein aldaar zet- men van te voren de consequenties ten aanzien van de bewaking zelf moet overzien. Men moet dan later niet naar de overheid stappen om ontheffing te krijgen van de bepalingen van het bestemmingsplan om een dienstwoning te mogen bouwen. Als derde argument tegen meent hijdat de bewoners van die woningen worden bloot gesteld aan de gevaren van een milieubelast gebied. Het kiezen van een woonplaats is sterk afhankelijk van de economie. In het Rijnmondgebied is men van plan om woonwijken, die te dicht bij de industrie staan, af te breken. Hij stelt dan ook voor om het bezwaarschrift wel ont vankelijk te verklaren. Hij doet een dringend beroep op de raad om de onbe kende gezinnen te beschermen tegen zichzelf. Dat is een plicht van deze volksvertegenwoordiging. Het lid Gerla zegt, dat de V.V.D. enigszins verbaasd is over dit voor stel, namelijk het al of niet toelaten van dienstwoningen op het industrie terrein. Het voorstel ?ioet veronderstellen alsof het hier gaat over de behandeling van een bewaarschrift van Shell. Dit bezwaarschrift zou bij het voorstel gevoegd kunnen worden, maar vormt op zich niet het agendapunt. Het spijt hem dan ook, dat het college niet neutraal is in zijn opstelling. Het getuigt van weinig bestuurlijkheid als het college zijn mening verkondigt door vragenderwijs te stellen: "Is de toestand daarna -door de aanwezigheid van Shell- dan zo gewijzigd of gevaarlijker geworden?" Een dergelijke opmerking had hij dan ook niet van het college verwacht.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1975 | | pagina 85