O J'X -:*c: ..nn'e r, .1 v: i'. bil '.'ü- Oi< i ;r orj on.; i j j' si- - r. v s-.i h ;r- 26 Wethouder Kamp zeg^mgt die openbaarheid geen moeite te hebben, mits bepaalde, bijvoorbeeld/personeelsaangelegenheden in besloten vergaderingen behandeld kunnen worden. Op een vraag van het lid Makkink of de wethouder bereid is de verorde ning in die zin te veranderen, antwoordt deze bevestigend. Hierna concludeert de voorzitter, dat de beheersverordening conform het voorstel van het college is vastgesteld, zij het dat er nog enige wijzigingen in aangebracht zullen worden. Het lid van Engelen stelt nog, dat van zijn fractie uit het lid Makkink kandidaat wordt gesteld als vertegenwoordiger van de raad in de beheerscom missie. De voorzitter constateert, dat dus de leden Makkink en Wijne daarvoor kandidaat zijn gesteld. Hierna volgt schriftelijke stemming (eerste vrije stemming). Uitgebracht worden 14 stemmen. De uitslag is als volgt: het lid Wijne 9 stemmen het lid Makkink: 3 stemmen blanko 2 stemmen. De voorzitter constateert, dat de heer Wijne met volstrekte meerderheid van stemmen is gekozen. Zijn vraag of hij die aanwijzing accepteert, wordt door het lid Wijne bevestigd. 13. Behandeling van de concept-structuur schets voor de bestuurlijke indeling. Het lid van Engelen stelt, dat de stukken, die de raad van de zijde van het college heeft gekregen, zijns inziens een redelijk inzicht geven in de gebreken van de schets, zoals die van regeringszijde is toegezonden. In die gebreken moet ook de terughoudendheid van de reactie van de raad liggen. Met name is hij het eens met wat de secretaris heeft gezegd in de commissie ruim telijke ordening, namelijk dat er te weinig duidelijkheid is gekomen met be trekking tot het totale concept van de bestuurlijke herverkaveling en dat dan niet zo zeer in territoriale zin, maar in inhoudelijke zin. Met name is onvoldoende uit de verf gekomen wat de verhoudingen zouden moeten zijn tussen de diverse bestuurslagen. Met andere woorden, of er nu vier dan wel vijf bestuurslagen moeten komen. Het hete hangijzer van bestuurlijke herverkave ling kan men zijns inziens niet aan, als niet enige duidelijkheid is gescha pen omtrent de positie van de provinciale besturen met name. Het kabinet heeft ons trachten te verleiden om ons vast te bijten in de territoriale herindeling, aldus spreker. Zelf is hij de mening toegedaan, dat men een reactie op de schets kan overlaten aan het stadsgewest. Hij meent, dat men het over deze zaak tamelijk goed eens is. Dit is zeker het geval, als het gaat om het streven om te komen tot één gewest West-Brabant. Het lid Gerla zegt, dat zijn fractie een nieuw bestuurlijk kader nood zakelijk acht, maar dat daarbij de plaats, die de gemeenten thans in het staatsbestel innemen, onverkort gehandhaafd dient te blijven, zij het mis schien met een gewijzigde taakstelling. Hij vindt, dat het gewest niet naast de gemeente moet staan en derhalve geen lichaam van lokaal bestuur moet zijn, maar dat het boven de gemeente moet staan. Zijns inziens moet een krachtig gewest ontworpen worden, dat een goed dienstenverlenend apparaat kan opbouwen. Als zodanig is zijn fractie voorstander van één groot gewest West-Brabant. Verder ziet hij graag een duidelijke uiteenzetting van de takenpaketten van provincie en gewest, als die er zijn, en of er wel of niet een vierde bestuurslaag komt.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1975 | | pagina 26