272
Met betrekking tot de sportaccommndatift.q wil ik het volgende opmerken.
In augustus 1973 heeft de raad een voorbereidingsbesluit genomen met
betrekking tot het sportpark "De Meeren".
Ik ga hier geen uitleg geven over de zin van een voorbereidingsbesluit.
Ik neem aan, dat de heer Makkink daarvan op de hoogte is. In die raadsver
gadering heeft de voorzitter van de raad uitleg gegeven om welke reden het
wenselijk was dit besluit te nemen. Zelf heb ik dit nog beklemtoond, gezien
de haast die we hadden met uitbreiding van de sportvelden. Door een eenmaal
geschapen situatie in de wijken Torenveld en Krooswijk is het nu eenmaal
onmogelijk om op een andere plaats in Zevenbergen een sportpark aan te leg
gen, dat zou kunnen voldoen aan de eisen en verlangens die de Nederlandse
Sport Federatie en de sportverenigingen stellen. Inspraak op de genomen be
slissing zou alleen maar een tijdrovend en een kostenverhogend effect hebben
gehad. Het plan is in oktober 1973 aangemeld als D.A.C.W.-object. Het ont-
werp-plan is op 17 december 1973 in een openbare vergadering van de sportad-
viescommissie met de sportverenigingen besproken en sindsdien regelmatig en
voor zover nodig in deze commissie aan de orde geweest.
Het bestemmingsplan is inmiddels door de stedebouwkundige geheel uitge
werkt en was in juli 1974 gereed.
Aangezien een aanpassing nodig was aan het tracé voor de westelijke
ontsluitingsweg langs Krooswijk, is het plan oktober 1974 herzien.
Thans wordt door de dienst van gemeentewerken de kostprijsberekening
uitgewerkt. Hiervoor moest ook de civiel-technische uitwerking gereed zijn
om alle kosten te kunnen berekenen. Het plan is nagenoeg gereed voor behan
deling in de raad. Aangezien het kostenaspect een zeer belangrijk onderdeel
van het plan uitmaakt, zullen plan en kosten tegelijk aan de raad worden aan
geboden. Behandeling in de raad zal in het voorjaar 1975 kunnen plaatsvinden.
Als de heer Makkink vraagt naar het plan dan moet ik mededelen, dat het
niet gebruikelijk is in voorbereiding zijnde plannen aan individuele raads
leden voor te leggen en met hen door te spreken. Uiteraard is in bepaalde
gevallen de mogelijkheid aanwezig om voor het inzien van de plannen contact
op te nemen met de secretaris of de direkteur.
Ik hoop, meneer Makkink, dat mijn uiteenzetting u een beeld heeft gege
ven van deze materie en het bewijs heeft geleverd, dat er in alle opzichten
aan gewerkt wordt. Nu is het alleen nog maar te hopen dat de procedures, die
nog gevolgd moeten worden, vooral in het belang van de sportverenigingen,
zonder bijzondere tegenslagen mogen verlopen.
Ik dank u allen voor uw aandacht.
