i 259 Mijnheer Makkink, de Maasroute heeft reeds op alle bevoegde plaatsen de aandacht. De moeilijkheid om tot een beslissing te komen is gelegen in het feit dat het hier gaat om een provinciale weg, terwijl de provincie vindt dat het een rijksweg dient te worden. Het Rijk is niet ongenegen deze opvatting over te nemen, terwijl het bekend kan zijn dat de overname van deze weg op het rijkswegenplan in een ver gevorderd stadium is. De gemeente Zevenbergen is bij deze tracering zeer betrokken en wij hebben een duidelijk standpunt. Dit standpunt is bij Provincie en Rijk bekend. Wij zullen bij de instanties van Provincie en Rijk aandringen op een spoedige be slissing. Hiertoe is een motie opgesteld, die ik hier nu zou willen voorlezen: De Raad van de gemeente Zevenbergen, in vergadering bijeen op 17 december 1974, gelet op de suggestie van de commissie voor de ruimtelijke ordening, gehoord de discussies, spreekt als zijn mening uit: dat het nog langer uitblijven van een beslissing omtrent de verdere tracering van de Maasroute vanaf het punt nabij Wagenberg de onduidelijkheid bij het nemen van planologische beslissingen door de bestuurlijke organen van de gemeente Zeven bergen ten behoeve van die gemeente ten zeerste in de hauH werkt, dat de kern Zevenbergen ingevolge het streekplan West-Brabant dient te worden ont wikkeld tot een aanvullend steunpunt en als zodanig een functie zal moeten gaan vervullen als sub-regionale verzorgingskern voor de Noord-west-hoek, dat een logische uitbreiding -bezien vanuit het Centrum- vooralsnog dient te ge schieden in zuidelijke richting, dat een uitbreiding in met name noordelijke richting niet mogelijk is in verband met de aanwezigheid van het industrieterrein Moerdijk en de ten zuiden daarvan aangelegde groengordel, dat door projektie van de doortrekking van de Maasroute ten zuiden van Zevenbergen de stedebouwkundige ontwikkeling van de kern Zevenbergen in grote mate zal worden belemmerd en een niet te tolereren afsnijding van een potentieel recreatiegebied plaats vindt. dringt er daarom bij de betrokken instanties nn aan; eventuele studies en/of onderzoekingen zo snel mogelijk af te ronden teneinde in deze op zo kort mogelijke termijn een beslissing te kunnen nemen,

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1974 | | pagina 259