233 Geachte voorzitter, wij vragen niet om grote uitbreidingen, zou ook niet mogelijk zijn vanwege het streekplan West-Brabant, maar wel enige uitbreiding om zodoende de autochtone bevolking te kunnen plaatsen. Wanneer men de Middenstand op onze plaats in ogenschouw neemt, dan blijkt dat er ieder jaar zaken verdwijnen, enerzijds komt dit uiteraard door de verlaging van de gezinsgrootte, anderzijds door de zeer beperkte woningbouw. Spoedige realisering van plan "De Molen 2", is dringend gewenst om enige continuïteit in de woningbouw te verzekeren. Over de financiële bijdrage aan een aantal organen, die door gemeenschappe lijke regelingen zijn ontstaan zijn wij niet tevreden. Men krijgt in het algemeen wel de rekening gepresenteerd, maar ten aanzien van het beleid staat men gewoon lijk buiten spel. Neemt men b.v. het archivariaatdan vinden wij de verhoging te rigoreus, niet dat wij de wetenschappelijke waarde onderschatten, maar wel dat er een be paalde verhouding moet bestaan ten opzichte van andere belangrijke zaken die in onze gemeente nog ter hand moeten worden genomen. Zo zijn er nog een aantal te noemen o.a. Keuringsdienst voor Waren, Vleeskeuringsdienst etc. Wij zijn van mening dat hier een belangrijke taak ligt voor het stadsgewest Breda. Wanneer wij kunnen komen tot een schaalvergroting dan moet dit kunnen leiden tot financiële voordelen. Overigens verwachten wij dat in 1975 wat meer concrete zaken worden afgehandeld door het Stadsgewest Breda. U, geachte voorzitter en de nieuw gekozen afgevaardig den wensen wij in dit verband veel wijsheid toe om een aantal zaken, die voor de Regio als zeer belangrijk gelden in afgewerkte voorstellen te kunnen presenteren aan de deelnemende gemeenten. Ten aanzien van het vraagstuk van de ruimtelijke ordening hebben wij alle vertrouwen in de reeds eerder geciteerde commissie ruimtelijke ordening. Dat daar bij de inspraakprocedure een belangrijk facet is behoeft verder geen commentaar. Wij hopen dat steeds de juiste methodiek gevonden wordt om dit onderdeel op de juiste waarde te schatten, waardoor de raad voldoende geïnformeerd kan zijn om belangrijke beslissingen te kunnen nemen. Dat het een vaa de moeilijkste onder werpen is zullen de meesten onder ons kunnen beamen, maar bij een tijdige inscha keling van de betreffende belangengroepen kunnen veel bezwaren ondervangen worden. De thans ingeslagen weg geeft reden tot optimisme in deze materie. Over de uitkeringen in het kader van de sociale sector zouden wij nog enkele opmerkingen willen maken. Uiteraard stemmen wij er mee in dat aan de bejaardenzorg alle mogelijke aandacht wordt besteed. We zouden dan echter wel willen pleiten om heel de gemeente erbij te betrekken. In dit verband verwijzen wij naar post 530,00 van de gewone dienst waar f 20.000,meer is uitgetrokken als in de vorige begroting. Voor de schooltandartsendienst is in de begroting geen ruimte gecreëerd. Wij achten het van essentieel belang dat door het college blijvende aandacht aan dit probleem blijft besteed. Gaarne zouden wij vernemen welke initiatieven zijn genomen in het afgelopen jaar. Momenteel hebben wij de indruk dat hier te weinig aan wordt gedaan. Met het subsidiebeleid voor de sportverenigingen kunnen wij instemmen. Wel zouden wij over de hoogte van de uitkeringen via de sportadviescommissie graag nader worden geïnformeerd, omdat wij nog steeds de mening zijn toegedaan dat er van een reële verbetering geen sprake is. Wij staan een subsidiebeleid voor waar in jaarlijks ook rekening wordt gehouden met de loon- en prijsstijgingen, die ook voor andere instituten gelden. Wij moeten er zorg voor dragen dat het particulier initiatief gehonoreerd blijft worden door dezelfde maatstaven aan te houden als bij de instellingen, waaraan beroepskrachten zijn verbonden. Voor de culturele verenigingen geldt uiteraard deze stellingname ook.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1974 | | pagina 233