222 Ook heeft hij enige bedenkingen tegen de winst op het buffet. Hij vindt namelijk, dat -als er in zo'n gemeenschapsruimte een verfrissing te koop is- de prijzen naar dat sociale doel aangepast moeten zijn. Als men nu al rekent op 40van de winst ter dekking van de kapitaalslasten, terwijl daarbij nog rekening gehouden moet worden met de verdiensten van de man achter de bar, dan vreest hij, dat de normen van de consumptieprijzen voor een dergelijke lokaliteit overschreden worden. Verder stelt hij, dat zijn "ja" aan de vorm van het beheer sterk zal afhangen van de in houdelijkheid van de beheersverordening. Een commissie ex art. 61 van de gemeente wet moet zijns inziens namelijk best in het openbaar kunnen vergaderen. Er wordt daar met gemeenschapsgeld gewerkt, waarvan iedereen mag weten hoe er mee omge sprongen wordt. Dat geldt temeer, waar die commissie niet tot stand komt via recht streekse verkiezingen. Het lid Gerla zegt, dat het hem van het hart moet, dat hij het jammer vindt, dat dit gebouw niet officieel op de agenda is gebracht van de commissie voor alge meen financieel beheer. Dit agendapunt is slechts zijdelings in die commissie ter sprake geweest na de uiteenzetting daarover van de heer Reinalda en zonder dat men over de financiële gegevens van het gebouw beschikte. Hem resten daarom nog enkele vragen, die in die commissie hadden thuis gehoord. Het bedrag van de kapitaalslast van f 28.750,per jaar en het bedrag aan subsidies van dezelfde grootte laat u drukken op de begroting 1975. Aangenomen mag worden dat het gebouw op z'n vroegst eind 1975 klaar zal zijn. Hoe is het dan te verklaren dat u beide bedragen van f 28.750,laat drukken op de begroting 1975? Is het door een kleine fasering niet te voorkomen, dat dit bedrag in 1975 wordt uitgegeven, terwijl de scholen wel in 1975 opgenomen worden? Is het zelfs niet waarschijnlijk, dat die fasering in 1976 automatisch ontstaat, omdat de bouw in 1975 niet in totaliteit gerealiseerd zal zijn, vraagt het lid Gerla zich af? Het lid van Engelen begint met te zeggen, dat de Onafhankelijke Partij er erg gelukkig mee is, dat een dergelijk gebouw in een dergelijk plan als Krooswijk zal worden geëffectueerd. Er zal vanavond aan nogal wat voorwaarden voldaan moeten worden, wil hij aan het plan zoals het er nu ligt zijn goedkeuring geven. Sommige problemen zijn wezenlijke bezwaren, andere echter slechts vragen. Een wezenlijk bezwaar is o.a. de door het college gekozen procedure. Hij vindt, dat de raad in een veel te laat stadium is betrokken bij het bepalen van de uitgangs punten van het gebouw en ook bij de bepaling van het globale programma van eisen, gezien het unieke karakter van deze voorziening. Hij vindt ook, dat de wijk zelf bij de voorbereiding is betrokken. Er mogen dan wel een aantal instellingen bij het overleg hebben geparticipeerd, maar de wijkbewoners zijn niet -althans niet op tijd- ingeschakeld. De raad en de bewoners worden nu geconfronteerd met een definitief ontwerp. Dit is alleszins te veroordelen. Met het lid Makkink kan spreker meegaan als deze problemen heeft ten aanzien van de bestemming "schoollokalen", ook al motiveert men dit aan de hand van iets, wat voor een sociografische schets moet doorgaan. Daarin staat, dat de uitkomsten van de recente enquête nga-r de school- voorkeur een aanduiding bieden van de te verwachten verhouding. Spreker neemt aan, dat men dan niet de meest recente enquête bedoelt, zoals die is gehouden door de werkgroep, die momenteel in Krooswijk aktief is, maar de enquête, die destijds is gehouden om de huidige openbare school te bekijken. Als dat het geval is, vindt hij die enquête geenszins een maatstaf. Op dat moment zaten de beantwoorders van de enquête met de merkwaardige situatie, dat ze wisten, wat er was op het gebied van christelijk en katholiek onderwijs en maar moesten af wachten wat er zou komen op het gebied van het openbaar onderwijs. Spreker heeft zich laten vertellen, dat de verhoudingen thans geheel anders zijn komen te liggen. Dat zou er op duiden, dat —wanneer men de huidige bewoners van Krooswijk gelijk waardig zou kunnen aanbieden zowel openbaar als bijzonder confessioneel onderwijs—

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1974 | | pagina 222