192 Als voordeel van deze proefperiode ziet spreker: men kan dan per 1 januari 1975 zeggen hoe omvangrijk het grof huisvuil is, bij herziening van de regeling kan men dan met cijfers voor de dag komen. Het nieuwe systeem leverde een aanmerkelijke tijdsbesparing op, zodat zijns inziens de maandelijkse ophaling er qua tijd in moet kunnen zitten. Dit voorstel wil hij aan de vergadering voorleggen. Het lid van Engelen kan met dit voorstel meegaan. Hij zou er een klein iets aan willen toevoegen. Vele nieuwkomers belanden in het begin wat huiö*- vuil betreft in een precaire situatie. Veelal heeft men nog geen zakken van de gemeente Zevenbergen en moet men die van de vorige gemeente of neutrale zakken gebruiken. Men weet ook vaak het systeem van ophaling van de gemeente Zevenbergen nog niet. Zou het niet mogelijk zijn om de eerste 4 weken, nadat een Unit bewoond is gaan worden, in die Unit een bepaald aantal containers weg te zetten?"? Wethouder Trompers antwoordt, dat men dan wel containers moet kunnen aanschaffen. De Voorzitter zegt, dat in principe met die suggestie ingestemd kan worden. Ingaande op het gestelde door het lid Schipper brengt wethouder Trom pers naar voren, dat in diens voorstel met geen woord wordt gerept over de financiële kant. Verder vindt spreker een proef om gedurende enige maanden grof huisvuil op te halen, erg gevaarlijk, vooral wanneer die proef later weer ongedaan gemaakt zou moeten worden. Spreker voelt er persoonlijk meer voor het onderzoek terzake af te wachten. Het lid Schipper zegt toch liever bij zijn voorstel te willen blijven. Op de vraag van wethouder Trompers hoe hij denkt de zaak financieel rond te maken, zegt het lid Schipper, dat hij deze kosten gedurende de proefperiode voor rekening van de gemeente wil laten komen. In het voorstel is door zijn fractie ook gesteld, dat men er principieel geen bezwaar tegen heeft, dat hiervoor een bijdrage wordt gevraagd. Men zal dan toch eerst over gegevens moeten beschikken. Vandaar die proefperiode. Spreker vindt het on voorstelbaar, dat het college geen soepeler standpunt inneemt ten aanzien van het ophalen van grof huisvuil. Het aanzien van de gemeente wordt er be duidend minder op nu geen grof huisvuil meer wordt opgehaald. Het lid van Engelen vraagt of er nieuw personeel en/of materiaal aange trokken/aangekocht moet worden om tot een bepaalde mate van grof—huisvuil— ophaling te komen. Deze vraag wordt ontkennend beantwoord. Het lid van Engelen concludeert vervolgens, dat dat betekent, dat die produktiviteitstolerantie er in zit om zonder budgettaire consequenties de hogere service-verlening te plegen, waarvoor het lid Schipper zit te pleiten. De uitgave voor mankracht en materieel is er toch. Als die productiviteits- tolerantie er niet was, dan lag de zaak heel anders. Ook het lid Ooijen pleit voor het periodiek ophalen van grof huisvuil. De Voorzitter antwoordt, dat momenteel toch ook grof huisvuil wordt op gehaald, als men maar een kaartje stuurt. Het lid Mevr.Krijnen-Boot vindt het argument van wethouder Trompers, dat men daarna eventueel zou moeten terugdraaien, wel een zwaar argument. Van de andere kan mag men niet vergeten, dat men van een uitgebreide service naar een minimale service is gegaan. De huidige manier van ophalen werkt personeelbesparendVanuit dat oogpunt ziet spreekster het periodiek ophaler- van grof huisvuil wel zitten. Zij sluit zich aan bij het voorstel van het lid Schipper.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1974 | | pagina 192