1 ^:,^r ,'v -£M •■•dcfev. 'fee Jfe 'Cfffio-AiT-- .i.J. .j-yofi-jaöa/ --•■■•' *1 -r 5e? sSsI.foD Jrfr A Q"; V -i ii ...Co oi'.. -Isfcw, '7feiU i 3-Xt 'iixfjuo ■- i ..- Of afifS. r v ;'«c iie t'hasii roof,'-haik:;,^ O'.' Is'lf 10 t<& - X- ïr' ïQj r, 162 Het lijkt te verwachten dat de gemeenteraden aan deze historische ontwikkeling een wending zullen gaan geven. De positie van de burgemeester is een eigenaardige. In het college van Burgemeester en Wethouders draagt hij een volledige mede verantwoordelijkheid. Hij heeft daar een volledige stem, soms zelfs een dubbele. In de gemeenteraad is dit stemrecht vervallen en blijft zijn taak beperkt tot ad viseren. Eigenlijk dus een tegenstelling in verantwoordelijkheden: medeverant woordelijk in het dagelijks bestuur, geen stem in de raad» Dan nog een opmerking over de portefeuilleverdeling. In principe blijft portefeuilleverdeling een zaak van het college van Burgemees ter en Wethouders zelf, in de praktijk echter blijkt steeds meer dat de kaarten al geschud zijn, vooraf dus. Het is duidelijk dat de politieke partijen in ons land hierdoor de plaats van de burgemeester -buiten hem om- in sterke mate beïnvloeden. Met betrekking tot de verkiezing van de wethouders is de burgemeester vol strekt lijdelijk. Hij heeft maar af te wachten met wie hij in de periode van 4 jaar het dagelijks bestuur van de gemeente heeft te voeren. De burgemeester heeft een leidinggevende en coördinerende taak en hij is van het college de spreekbuis in de raad. Deze spreekbuis-functie wordt uitdrukkelijk veikleind door het aantal zaken, waarin een wethouder zelf, voor eigen portefeuille, optreedt. De burgemeester zal daardoor steeds meer gaan optreden als voorzitter van de vergadering. Zijn politieke verantwoordelijkheid dient naar mijn mening tot een minimum beperkt te blijven. Men mag van de burgemeester eisen dat hij zich zodanig opstelt dar bestuurlijk en zakelijk de juiste beslissingen worden genomen en dat meerderheden en minderheden bij hun bestuurlijk werk volledig tot hun recht komen. Naast de eigen verantwoordelijkheid van de burgemeester op het terrein van de openbare veiligheid, naast de coördinerende taak in het bestuur, heeft de burge meester een belangrijke taak in het functioneren van de raad, niet alleen wat de orde betreft, doch evenzeer wat de efficiënte en doelmatige werking van dit hoog ste bestuursorgaan aangaat. Ontwikkelingen rond de positie van de raad en het raadslid houden daar zeer nauw mee verband. Hierbij zullen dan allerlei zaken als democratisering, participatie van de bevol king, vroegtijdig inschakelen in het besluitvormingsproces, openheid en openbaar heid van stukken, van steeds grotere betekenis worden. Het is van belan%at de burgemeester vooral vanwege zijn verantwoordelijk heid in deze en het algemeen karakter van deze problematiek zelf daaraan leiding geeft. Ik zou dan ook de heren fractie-voorzitters in deze nieuwe raad in overweging willen geven hun voorstel tot het instellen van een commissie ad hoe voor het onderzoeken van de werkwijze van het bestuur van de gemeente, opgenomen als punt 8a op de agenda van deze vergadering, zodanig te willen wijzigen, dat van deze commissie ad hoe de voorzitter van de raad ook voorzitter zal worden. Mevrouw, Mijne Heren, Bij Uw beëdiging meende ik enkele opmerkingen te mogen maken over de raad, het college van Burgemeester en Wethouders, de positie van de burgemeester. Tot U wil ik zeggen: ik hoop dat U allen met voldoening zult werken aan de belangen van onze gemeente en dat de gemeente wel zalvaren door Uw inzet. Ik wens U veel succes. Onze goede gemeente Zevenbergen is dit succes waard. Ik dank U".

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1974 | | pagina 162