154 11Voorstel tot vaststelling van een belas tingverordening voor heffing van school geld in verband met verstrekken van open baar kleuteronderwijs. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 12. Voorstel tot het garanderen van rente en aflossing van een geldlening, aangegaan ten behoeve van de aankoop van een woning wetwoning. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 13. Voorstel tot wijziging van de gemeen schappelijke regeling van de keuringsdienst van slachtdieren en van vlees voor de kring Breda. Het lid Beljaars zegt in de stukken gelezen te hebben, dat deze regeling gewijzigd moet worden in verband met de opheffing van de keuringsdienst Oosterhout van rijks- of provinciewege. Hij vraagt zich daarom af wat het belang is voor Zevenbergen bij die opheffing. Zijns inziens behoort diezelfde overheid, die besliste tot opheffing, ook de financiële consequenties van die opheffing te dragen. Spreker vindt het vreemd, dat men rustig een keurings dienst opheft, al het personeel ontslaat en de diensten van Breda en Tilburg de kosten in de schoenen schuift. Wethouder Trompers antwoordt, dat hij ten dele mee kan gaan met de gedachte van het lid Beljaars. Er is over die opheffing dan ook veel te doen geweest: vergaderingen, commissie ad hoe, besprekingen met Gedeputeerde Staten e.d. Gedeputeerde Staten hebben uiteindelijk toch voet bij stuk ge houden. Als het lid Beljaars het belang voor Zevenbergen van die opheffing niet ziet, meent spreker dit toch te moeten tegenspreken. Zijns inziens heeft Zevenbergen wel degelijk belang bij het optimaal functioneren van een goede keuringsdienst. Na lang wikken en wegen is toch besloten de financiële consequenties van die opheffing te aanvaarden en niet in hoger beroep te gaan. Van de opbrengst uit de verkoop van het slachthuis Oosterhout komt 75.000, ten goede aan de gemeente Oosterhout en s-Gravenmoer. De meer opbrengst komt ten goede aan de keuringsdiensten Breda en Tilburg. Die 75.000,is ten behoeve van de part-time krachten en één volledige kracht, die met wachtgeld zijn gegaan en waarvan de kosten door Oosterhout worden gedragen. Inmiddels zijn een aantal krachten reeds geplaatst kunnen worden. Overigens mag men niet vergeten, dat Zevenbergen bij de opheffing van de eigen keuringsdienst destijds in eenzelfde parket heeft gezeten. Daarbij werd toen ook de last van die dienst door de keuringsdienst van Breda overgenomen. Daar was Zevenbergen destijds ook mee ingenomen. Nu is er analoog gehandeld, zij het, dat het nu om grotere bedragen gaat. Het lid Schipper voert aan, dat in zijn algemeenheid bij dergelijke zaken toch een stuk onbehagen bestaat, omdat men voelt, dat men zo weinig invloed heeft op het beleid, dat gevoerd wordt. Veelal krijgt een Raad de exploitatie-rekening op het einde van een jaar en mag men de heffingen mee vaststellen, maar daarmee houdt het dan ook op. Meer informatie krijgt de Raad meestal niet. Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1974 | | pagina 154