Jli 149 6. Voorstel tot intrekking van een besluit tot verkoop van grond aan M.P.J.Huijsmans. Het lid Beljaars zegt, dat op het voorstel formeel niets is aan te merken. Als men echter al het mogelijke heeft gedaan om ter plaatse een bouw te realiseren en dit enkel op financiële gronden niet is gelukt, vraagt hij zich af of dan uit menselijke overwegingen niet tot restitutie van de waar borgsom besloten moet worden. De Voorzitter antwoordt, dat verbeurdverklaring van de waarborgsom bij het niet doorgaan van de koop tot de voorwaarden behoorde. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 7. Voorstel tot verkoop van grond en opstallen aan het Industrie- en Havenschap Moerdijk. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 8. Voorstel tot intrekking van de gemeen schappelijke regeling "Intergemeentelijk Overleg Regio Breda" en het aangaan van een nieuwe gemeenschappelijke regeling "Regeling Stadsgewest Breda". Het lid Beljaars zegt, dat deze zaak nogal uitvoerig is besproken in de commissie van algemeen financieel beheer. De commissie heeft nog even over wogen of dit punt niet aangehouden zou moeten worden voor de nieuwe Raad. Uiteindelijk was de commissie toch van oordeel, dat het hier meer een forme le zaak betreft en dat er eigenlijk toch bijzonder weinig verandert. Men moet toch de richting van het voorgestelde in en daarom adviseert de commis sie het voorstel vanavond nog te behandelen en conform het voorstel te be sluiten. Het lid van Engelen is -in tegenstelling tot het advies van de commis sie- van mening, dat de zaak vanavond niet afgehandeld kan worden. De fractie voorzitters van de nieuwe Raad hebben voor een discussie, die morgenavond zal plaats vinden, een bepaalde ontwikkeling ten aanzien van de gewestvorming op tafel gelegd. Het lijkt spreker tenminste niet charmant om vanavond die nieuwe club voor een fait accompli te stellen. Hij gelooft derhalve, dat men er verstandig aan doet deze aangelegenheid op 3 september a.s. opnieuw te agenderen. Er wordt dan niet veel tijd verloren. Ook andere gemeenten hebben tot aanhouding besloten, zodat de totale procedure daaronder niet behoeft te lijden. Als men hiertoe bereid is, dan heeft hij ten aanzien van de materie zelf voor vanavond geen punten. Die kan hij dan tot 3 september bewaren. De Voorzitter antwoordt, dat hij een tegenovergestelde mening rlan die van het lid van Engelen is toegedaan, wanneer deze stelt, dat hij een behan deling op vanavond niet charmant vindt ten opzichte van de nieuwe club. V/aar de hele regiovorming en de deelname van de gemeente Zevenbergen daaraan en de voorbereiding daarvan tot de werkzaamheden van deze Raad heeft behoord, vindt spreker het ook niet charmant tegenover de vertrekkende Raad, wanneer de afronding daarvan aan deze Raad wordt onttrokken en wordt overgeheveld naar de nieuwe Raad, waarvan een aantal leden zich bovendien nog helemaal op deze materie moet inwerken.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1974 | | pagina 149