I
i
148
Met het oog op de centrale financiering is dit de enige mogelijkheid via
de Bank voor Nederlandse Gemeenten. Het is gewoon een kwestie van de lening
accepteren. Er is geen plaats voor een andere beslissing.
Het lid Schipper vult nog aan, dat er eigenlijk niets verandert in de
financiële positie van de gemeente door het nemen van dit besluit. Het is
alleen een andere vorm van financieren.
Vervolgens wordt nog het onder bijlage J toegevoegd voorstel aan de orde
gesteld. Het betreft de vaststelling van de vergoedingen voor vakleerkrachten
over 1973 met betrekking tot het vak handwerken.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van
burgemeester en wethouders, zowel ten aanzien van de ingekomen stukken als
ook ten aanzien van de beide toegevoegde voorstellen.
5. Voorstellen tot verkoop van bouwterrein.
Het lid Beljaars zegt ten aanzien van dit vormingswerk de nodige twijfels
te hebben, gezien de ontwikkeling van de laatste jaren en mede gelet op de
houding van de werkende jongeren zelf. Als hij moet constateren, dat in deze
groep duizenden jongeren zonder werk zijn, omdat ze door de werkgever gedwon
gen worden de partiële leerplicht niet te vervullen, dan vraagt hij zich af
of het nog wel nodig is dergelijke vormingscentra te gaan stichten. Hij zegt
op zich geen moeite te hebben met de vorming van de werkende jongeren, maar
wel met de maatschappijstructuur, die het mogelijk maakt, dat de vele jonge
ren —zolang zij partieel leerplichtig zijn— werkloos zijn, met andere woorden
dat door een gedeelte van het bedrijfsleven de wettelijke verplichtingen
niet worden aanvaard.
Het lid Mevr.Krijnen-Boot vraagt of het mogelijk is, dat de gemeente een
stuk grond gaat verkopen, dat nog geen eigendom van de gemeente is.
Wethouder Trompers antwoordt, dat de grond, waarop het gebouw zal komen,
helemaal eigendom van de gemeente is. Daarbuiten is mogelijk nog een stukje,
dat nog aangekocht moet worden.
De secretaris vult nog aan, dat dit raadsbesluit nodig is voor het de
partement om daarvoor de nodige gelden vrij te maken. De eigenlijke eigen
domsoverdracht zal pas over enige maanden plaats vinden. Alsdan zal ook het
andere stuk aangekocht moeten zijn.
Het lid van Engelen zegt zoëven met veel belangstelling naar het bewogen
betoog van het lid Beljaars inzake de publikatie van het archivariaat te heb
ben geluisterd. Het bevreemdt spreker, dat de heer Beljaars zijn élan van
straks kwijt is, wanneer deze het nu heeft over de kwestie van de werkende
jongeren. Of juister gezegd, dat dat lid zich afvraagt, waar het naar toe
moet met dit werk en wat doen we met een maatschappij, waarin werkende jon
geren, die aan partiële vormingsplicht moeten voldoen, door werkgevers
buiten spel gezet worden. Spreker zou bijna willen zeggen, dat er op dat
punt eigenlijk dan niet veel veranderd is buiten de tijd, die de heer Beljaars
straks heeft genoemd. Het feit, dat er zo weinig veranderd is geeft zijns
inziens juist alle aanleiding aan dit soort zaken graag medewerking te ver
lenen.
Wethouder Kamp antwoordt, dat het zijns inziens geen betoog behoeft, dat
het noodzakelijk is, dat de werkende jongeren voldoende vorming krijgen. Het
gebouw, dat hier gebouwd zal gaan worden, zal worden gebruikt in het kader
van de vorming en de opleiding. Er zijn inderdaad moeilijkheden met werkgevers
Anderzijds zijn ook de ouders niet altijd even gemakkelijk. Deze missen door
de partiële leerplicht een stuk inkomen. Het kost hen dus geld, zo wordt ge
redeneerd. Men mag daarbij niet uit het oog verliezen, dat ieder studerend
kind geld kost. Daarvoor krijgt men een compensatie in de vorm van kinderbij
slag. Ook voor de werkende jongeren krijgt men dubbele kinderbijslag, zolang
ze de vorming bezoeken, terwijl ze toch eigenlijk werken.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten conform het voorstel
van burgemeester en wethouders.
