■'.'A.
:v-r'
fc-
J'i'O
fi"."-.". :ro
i
14
Nog enkele opmerkingen meneer de voorzitter, over het gebied rondom de ge
dempte haven. Het beleid van Burgmeester en Wethouders is er duidelijk op gericht
om de stadskern in de oude kom te handhaven. Er moet dan echter wel voorkomen
worden, dat het centrum zijn eigen karakter teveel verliest en teveel ontvolkt
wordt. Wij staan dan ook gereserveerd tegen ingrijpende saneringsplannen voor de
straten, die parallel lopen met het havengebied. Wij moeten ervoor waken, dat
Zevenbergen door ontvolking van de kern een stad zonder hart wordt.
Als men het aantal inwoners per januari 1971 bekijkt, zou men zelfs op de gedachte
kunnen komen, dat de uitgroei van Zevenbergen tot op heden alleen nog ma»T- bestaan
heeft in een met grote kosten gespaarde verhuizingen van de bevolking.
Ook zien wij niet de noodzaak van het verplaatsen van gemeentewerf en brand
weerkazerne. Hier staan nog betrekkelijk nieuwe gebouwen bij, terwijl ook een si
tuering van een brandweercomplex aan de Industrieweg beslist ongunstig is. Een
eerste vereiste voor een effectieve brandbestrijding is snel handelen. En hoe wilt
Uw college dit realiseren, als het materiaal buiten de woonkern wordt opgesteld,
terwijl bij eventueel optreden vein de brandweer eerst iedere keer een overweg
gepasseerd moet worden met een zeer frequent treinverkeer.
Onderwijs, meneer de voorzitter, heeft onze bijzondere aandacht. In Uw nieuw
jaarsrede spreekt U er Uw voldoening over uit, dat er zoveel intellect en initia
tief via de nieuwe bewoners binnenkomt. Wij vragen ons echter wel af of dit de
enige weg is naar een hogere ontwikkeling van Zevenbergen. Wij zien ook in onze
jeugd de nieuwe bewoners van morgen. In verband hiermee vragen wij Uw college,
wat precies Uw activiteiten zijn om te komen tot een vermeerdering van de onder
wijsmogelijkheden hier ter plaatse. In de krant stond laatst, dat de Nassau-scholen-
gemeenschap geen plaatsingsmogelijkheden meer heeft voor leerlingen. Wordt het
dan nu geen tijd, meneer de voorzitter, om spijkers met koppen te slaan. De tijd
is nu rijp om een stevige stap te zetten naar de stichting van een scholengemeen
schap. Blijven wij afzien dan kan een goede kans voorgoed verloren zijn. Ook op
het gebied van uitgebreid en hoger technisch onderwijs zijn er perspectieven.
Wij liggen bij een industriegebied en er is een duidelijk gebrek aan deze 2 onder
wijsvormen.
gslGzen
In Uw beleidsnota 1973 hebben wij niets over de streekschool voor vorming van
werkende jongeren. Onze vraag is nu, meneer de voorzitter, zijn er moeilijkheden
gerezen en zo ja, welke, of is het hele project van de baan? Wij zouden hierover
graag nader geïnformeerd willen worden.
In de jaarlijkse begroting neemt ook het subsidie aan het zogenaamd jong volwasse-
nenwerk een belangrijke plaats in. Wij vragen ons echter wel af of het bij een be
groting van 2g- ton niet op zijn plaats is, dat behalve kwantitatief zo'n begroting
ook kwalitatief doorgelicht wordt. Temeer, meneer de voorzitter, daar wij vermoe
den, dat dit werk en bepaalde werkzaamheden van het Sociaal Cultureel Werk elkaar
overlappen. Wij zijn ons zeer wel bewust, dat dit politiek een heet hangijzer is,
maar wij willen om louter politieke redenen niet om deze zaken heendraaien. Daar
mee krijg je geen gezondere samenleving.
Ten aanzien van de ruilverkaveling in de Zonzeelpolder zijn er bij onze frac
tie verzoeken binnengekomen van agrariërs uit de torenpolder. Zij toonden zich er
voorstanders van, dat ook de torenpolder bij het ruilverkavelingsproject Zonzeel
zou kunnen worden ingedeeld. Wij vragen U in overleg te treden met de desbetreffen
de instanties om na te gaan in hoeverre dit uitvoerbaar is.
De commissies zijn de laatste tijd regelmatig ter sprake gekomen. Algemeen
krijgt men de indruk, dat ze niet erg bevredigend werken. Meestentijds worden de
commissies pas advies gevraagd als de voorstellen klaar zijn voor de raadsbehande-
ling. Aangezien de raadsagenda's ook weer niet zo uitgebreid zijn, is er aan een