(1
u. 7 Uf' •••.i'-'VV
irc? .r:
,rV:i ibh-vSK
If
87
Algemeen wordt de behoefte aan een bestuursacademie gevoeld. Het punt was echter
de dekking van de kosten. Daarbij nu stellen Burgemeester en Wethouders zich op
het standpunt, dat dit dient te geschieden middels lesgelden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van Burge
meester en Wethouders.
9. Voorstel tot het verlenen van medewerking
ingevolge artikel 72 der Lager Onderwijswet
1920 t.b.v. de Chr< Basisschool in verband
met het inrichten van een documentatiecen
trum.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van Burge
meester en Wethouders.
10. Voorstel tot wijziging van het Algemeen Ambte
narenreglement (7e wijziging) in verband met
de verhoging van de vakantie-uitkering.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van Burge
meester en Wethouders.
11Voorstel tot aanbieding van de rekeningen van
de takken van dienst en van de algemene dienst
over 1970.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van Burge
meester en Wethouders.
12. Voorstel tot wijziging van de begroting 1972.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van Burge
meester en Wethouders.
13. Rondvraag.
Het lid Mevr.Krijnen-Boot spreekt haar teleurstelling uit over het feit, dat
de begroting 1973 niet vóór de jaarwisseling klaar kan zijn.
De Voorzitter zegt deze teleurstelling te delen. De moeilijkheden die hieraan
debet zijn, liggen in hoofdzaak bij de technische dienst. Betwijfeld wordt of
hieraan iets te doen is.
Het lid Beljaars zegt in de Stem een foto van een stel onbewoonbaar verklaar
de woningen te Langeweg te hebben zien staan. De krant wist deze woningen niet te
staan, zoals uit het onderschrift bleek, doch de gemeente wist het blijkbaar ook
niet, aangezien men daar gezegd zou hebben, dat men niet wist of men deze nog zou
opknappen.
De woningen staan onder de gemeente Terheijden. Hij meent te mogen verwachten, dat
men bij de gemeente dient te weten, waar de gemeentegrenzen liggen.
De Voorzitter antwoordt hierop, dat van gemeentewege tegen de pers is gezegd,
dat dit geen woningen van de gemeente waren en dat man daarom niet wist, of ze
nog opgeknapt zouden worden. Dat ze van een andere gemeente zijn, is onze zaak
niet, aldus de Voorzitter.