i -j Li. 'M- i U o,, it.:;; -.h. ;iSr iii.: rj. v/UQrff 4?v U?0' j j ...WOVL-vo o. i .'S jlv-f'o,, V\-nr 'J'--':,.' -ft 0 V. JH 84 enkele verhoging toepast en het tekort gaat verspreiden. Tot slot wil spreker een voorstel in stemming brengen om het percentage van de verhoging te halveren en te brengen op 2C$. Het lid van Engelen zegt in eerste termijn heel duidelijk een aantal argumen ten op tafel te hebben gelegd. Enkele sprekers hebben een klein stukje van deze argumenten geraakt, doch de meeste zijn hieraan volledig voorbij gegaan. Spreker bestrijdt de opmerking van wethouder Trompers, dat de inflatie één van de oorzaken van de tekorten zou zijn. De inflatie is ieder jaar gecorrigeerd met de trendverhoging, althans tijdens zijn zittingsperiode. Het kernbezwaar van het betoog van wethouder Trompers ligc bij hem in het volgende. Als iedereen het er over eens is, dat het een nare zaak is, waar niet de besluitvoimers van de gemeente Zevenbergen, niet de bevolking van deze gemeen te en zeker niet de warmte-afnemers de schuld aan zijn, dan is het toch bijzonder vreemd, dat de minst-schuldigen de rekening gepresenteerd krijgen. Dit bezwaar wordt verstevigd door de twee voorstellen, die in het verleden zijn gedaan -weliswaar niet behandeld- om dat kapitaalsverlies met één klap in de gemeente lijke administratie onder te brengen,zonder toerekeningen aan betrokkenen. Hun ontgaat dan ook de logica, dat er sprekers hebben gesteld, dat nu besloten moet worden alsof men niet liquideert. Iedereen is het er over eens, dat geliquideerd moet worden. Het enige wat vanavond gedaan moet worden is dan ook te besluiten alsof er wel geliquideerd wordt. Dat moet dan maar genomen worden. Hieruit moet men de konsekwenties maar trekken, met uitzondering van degenen, die voor Uw voor stellen van mei/juni waren, dat het hierdoor te ontstane verlies maar door de ge meenschap genomen moet worden» Die konsekwentie zal zijn fractie in ieder geval niet trekken. Hij vindt, dat dit verlies niet bij de gemeenschap Zevenbergen en nog minder bij een kleine groep van de gemeenschap thuis hoort. Zij nemen tegen wil en dank warmte af. De gemeente verkeert in deze in een monopoliepositie. Spreker gaat in op de opmerking van het lid Mevr. Krijnen-Boot, dat hij zijn rol als raadslid niet kende, als hij de mensen bij een kortgeding met raad en daad zou bijstaan. Hij begrijpt haar argumentatie niet, In de eerste plaats zegt spreker volksvertegenwoordiger te zijn en zicènniets te onderscheiden van de overige in woners. Bij vermeend onrecht kan hij als burger van Zevenbergen en als staats burger van dit land zich aansluiten bij het Aktiecomité om dit te steunen. Dit brengt hem bij een opmerking van het lid Huijssoon, Mevr. Krijnen-Boot heeft n.l. gezegd overtuigd te zijn van de integriteit van het college. Hij wil dit helemaal niet in twijfel trekken, maar als het lid Huijssoon herhaalt, dat rekening gehouden moet worden met de mensen, die tot om bouw bereid waren, dan meent hij daaruit te kunnen besluiten, dat -dan misschien wel niet bij het college- er toch bij die spreker in het commissieverslag iets is van een revanche of represaille. Op het misverstand van kapitaalslasten, vaste en variabele kosten, wil spreker nog even ingaan. Als men de uitkomsten van het warmtebedrijf bekijkt, dan zijn er variabele kosten en vaste kosten. De kapitaalslasten mogen gerekend worden tot de sektor van de vaste kosten. Spreker heeft niet gezegd, dat die vaste kosten niet in de tarieven tot uitdrukking mogen komen. Hij heeft alleen gezegd, dat men dat nu niet extra moet doen op grond van het argument, dat er langer gestookt is. Spreker herhaalt dat er geen technisch probleem, maar een kostenvraagstuk is. Een van de onderdelen van dat kostenvraagstuk zijn de kapitaalsverliezen bij liquidatie. U wilt de kapitaalsverliezen gaan toeschuiven, maar spreker wil dit niet, omdat hij meent, dat anders de slag al verloren is. Vanavond moet besloten worden om het voorstel terug te geven aan het college.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1972 | | pagina 86