I
10
Notulen van een vergadering van de Gemeenteraad op dinsdag 8 februari 1972, des
namiddags om 7-30 uur ten gemeentehuize.
Aanwezig de leden: P.J.M.van Engelen, G.A.Krijnen, Mevr. P.J.Krijnen-Boot,
C.P.A.Goverde, H.G.Beljaars, B.A.Ooijen, A.A.M.Wijne,
S.J.Schipper, J.A.Siereveld, C.Huijssoon, C.J.Trompers en
G.ÏÏ.Kamp.
Afwezig de leden: Th.A.Kruis, J.J.den Biggelaar wegens ziekte en J.B.Biemans
met kennisgeving van verhindering.
Voorzitter: Mr.F.Reijnders
Secretaris: J.A.A.van der Smissen
1Opening.
De voorzitter opent de vergadering met het bij het reglement van orde voor
geschreven gebed.
Hij heet bijzonder welkom de leerlingen van een klas van de r.k. Mavo-
school
2. Loting volgorde bij stemmingen.
Het nummer van volgorde bij eventuele stemmingen wordt bepaald op nr. 6,
zijnde het lid Ooijen.
3. Notulen van de vergaderingen van 14 december
1971 en van 11 januari 1972.
De notulen van de vergaderingen van 14 december 1971 en 11 januari 1972
worden ongewijzigd, onder dank voor het samenstellen daarvan, vastgesteld.
Vragen naar aanleiding van deze notulen worden niet.gesteld.
4. Ingekomen stukken en mededelingen.
M.b.t. de stukkon onder A1 t/m 15, B, C en D wordt zonder hoofdelijke
stemming besloten conform het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
M.b.t. het stuk onder A 16 (gesprek met Minister van Binnenlandse Zaken
i.v.m. herindeling, zie brief Gedeputeerde Staten dd. 26 januari 1972) zegt het
lid van Engelen de aantekeningen t.b.v. bedoeld gesprek zojuist te hebben inge
zien. Spreker heeft even overleg kunnen plegen met het lid Schipper. Hij (het lid
van Engelen) is van mening dat de opstelling enerzijds te defensief is (als het
standpunt van Gedeputeerde Staten) en anderzijds te agressief (als niet precies
te weten wat men verdedigt)
Het gestelde t.a.v. Lage Zwaluwe kan z.i. gematigd worden.
Dienen wij een goede zaak door te stellen, dat Lage Zwaluwe bij Zevenbergen
dient te komen? Spreker weet dit niet. Laat dit door Lage Zwaluwe maar uitmaken.
Ook bij het gestelde onder punt 3a (uitbreiding Klundert) wil hij een vraagteken
plaatsen. Wat is voorts van inspraak te verwachten? Met het gestelde onder punt
4, waar sprake is van een ontwikkeling van Zevenbergen tot een kern van 30.000
a 35.000 inwoners, kan hij Burgemeester en Wethouders niet geheel volgen.
Een goede samenleving is van eerste orde. Dit is z.i. belangrijker dan een ont
wikkeling als verondersteld. Eldera is dit wel gebleken. Zijn fractie wil niet
persé streven naar een ontwik:'ling van 30.000 a 35*000 inwoners. Het gesprek
met de Minister dient voorts minder agressief te worden gevoerd.
Mevr.Krijnen-Boot zegt in grote lijnen met de punten te kunnen instemmen.
Het gesprek met de Minister dient niet zo te worden gevoerd alsof de Gemeente
Zevenbergen er op uit is de buit binnen te halen.