i -51- De voorzitter meent, dat het optimisme kan worden gebaseerd op enkele con tacten met functionarissen van de ministeries van Volkshuisvesting c.s., Econo mische Zaken en Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk. Met het provinciaal bestuur heeft hij zelf nog weinig contacten gehad. Hij gaat er zonder meer van uit, dat ook daar daadwerkelijke steun wordt gegeven. Met het welwillend bezien van plannen komen wij er niet, zij zullen ook moeten worden waargemaakt De heer van Engelen toont zich erkentelijk voor de positieve reacties op de ideëen en gedachten, die vanuit zijn 2 mans-fractie naar voren zijn gebracht. Hij is teleurgesteld over het feit, dat alleen de voorzitter aan het woord is geweest In het kader van de portefeuilleverdeling had hij zeker verwacht, dat de beide wethouders de zaken van hun terrein voor eigen rekening hadden genomen. De voorzitter interrumpeert, dat het antwoord de vrucht is van oen colle giaal overleg. De heer van Engelen had uiteraard ook niet anders verwacht. Desalniettemin acht hij de gang van zaken niet geheel juist. Portefeuilleverdeling houdt ook portefeuilleverdediging in. Spreker is echter nog meer teleurgesteld, dat andere fracties zo weinig zijn ingedaan op de vele vragen die hij in de algemene be schouwingen te berde heeft gebracht. De collegae zijn toch niet meer verrast, nu de fractie van de onafhankelijke partij al vaker kritisch is opgetreden? Met name denkt spreker aan de gelanceerde ideëen betreffende de commissie van advies en/of bijstand. Sprekers opmerking m.b.t. de grondverhuur aan Badger moet niet worden misverstaan. Inderdaad moet bij industrievestiging de werkgelegenheid cen traal staan en moet het beleid slagvaardig kunnen zijn. Hij heeft de raad er alleen op willen wijzen, dat de raad behoort te weten, welke prijzen moeten worden gehanteerd, voordat tot verhuur of verkoop wordt besloten. Op zijn vraag is toen verwezen naar de begroting en tijdens de behandeling van de begroting 1971 is uitdrukkelijk gebleken, dat daarin de grondprijzen niet zijn/worden vermeld. Er is dus toen een besluit gevallen zonder voldoende inzicht. Alleen dit heeft hij tot uitdrukking willen brengen. Het verwijt van lid Beljaare, sprekende namens de grootst mogelijke meerder heid van diens fractie, dat bij de algemene beschouwingen teveel op detailzaken is ingegaan, betreurt spreker. Zijn fractie heeft dit bewust gedaan, om daarmede de behandeling in haar huidige vorm aan de kaak te stellen. Het verwijt treft overigens ook één van de fractiegenoten van het lid Beljaars zelf. De begroting moet het toekomstige beleid weerspiegelen. Zij kan dus niet alleen gebaseerd worden op gegevens en cijfers uit het verleden, zoals het ant woord van het college zou kunnen doen vermoeden. Regeren is niet alleen terug zien, meer nog vooruitzien. Het antwoord van het college op zijn vraag betreffende de rentebijschrijving op de gronden is bepaald anders dan het standpunt, zoals dit in de commissie van vooronderzoek naar voren is gekomen. In verband hiermede dringt spreker er nog maals op aan Gedeputeerde Staten te vragen hun standpunt aan alle Brabantse ge meenten mede te delen, zodat, bij gelijkvormigheid in alle gemeenten, geen ver schillen meer ontstaan, die voortvloeien uit het al Han niet toerekenen van be paalde kosten aan gronden, verschillen, die de concurrentiepositie zouden kunnen verslechteren. Vestigingen worden dan meer nog afhankelijk van het klimaat en niet van verschillen in grondprijzen. In de ogen van de fractie van de onafhankelijke partij vormt onderwijs een belangrijk element. Het antwoord van Burgemeester en Wethouders op de algemene beschouwingen heeft spreker er niet van overtuigd, dat een bedrag van f 145, per leerling onredelijk zou zijn.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1971 | | pagina 47