-49-
Wat het bedrag ex artikel 101 betreft is spreekster wel blij met de beloften
voor de toekomst, maar teleurgesteld wat het voorstel voor 1971 betreft. Zij kan
haar stem daaraan dan ook niet geven en voelt niets voor een opschorting van de
door haar ingediende motie.
De voorzitter meent, wat de reinigingsrechten betreft, dat het gewenst is dat
met de voorgestelde tariefstelling akkoord wordt gegaan nu plannen bestaan tot
een andere wijze van huisvuil ophalen en een en ander toch op de helling komt.
De opmerking betreffende de grondprijzen is juist, indien de gronden in de ver
schillende complexen worden vergeleken. Van hogerhand wordt bij elk bestemmings
plan echter een eigen exploitatie-opzet vereist, tengevolge waarvan nogal uit
eenlopende prijzen kunnen ontstaan. Men wil voorkomen, dat de gemeenten op dit
gebied tekorten kweken. De administratie zal bezien of het mogelijk is door
samenvoeging van complexen zo nodig wat meer gelijkheid te verkrijgen in prijzen
van vergelijkbare gronden. Minder gelukkig is spreker met de stellingname t.a.v.
de vergoeding ingevolge artikel 101. Hij vraagt zich af hoe mevrouw Krijnen-Boot
aan de overtuiging komt, dat een bedrag van f 145,zonder meer nodig is.
Begrotingen zijn van alle scholen ontvangen; de gevraagde exploitatierekeningen
niet. Uiteraard kan het niet juist zijn alleen van de rekeningen uit te gaan; de
cijfers zouden echter wel kunnen worden geanalyseerd en daaruit zouden bepaalde
gevolgtrekkingen zijn te maken. Evenmin is het echter juist alleen van de begro
tingen der scholen uit te gaan. Het geheel zou wel gemakkelijker liggen indien de
gemeente over voldoende middelen zou beschikken. Er moet veel gebeuren. We zijn
er niet met een nieuwe huisvesting voor het gemeentelijk apparaat alleen, we zijn
er ook niet met een behoorlijke vergoeding ex artikel 101 alleen. Er is meer te
doen. De beschikbare middelen eisen een evenwichtig beleid.. Dit beleid is ook
geen beleid voor één jaar. Het moet ook op de toekomst gericht zijn. Vanuit deze
gedachtengang stellen Burgemeester en Wethouders voor het bedrag van f 115»
op f 130,te brengen en een verdere noodzakelijke aanpassing zo mogelijk in
1972 of terstond daarna te bevorderen. De eerste stap in dit beleid is toch niet
een onbelangrijke stap.
Mevrouw Krijnen-Boot zegt, dat het basisonderwijs grote aandacht verkrijgt.
Er is een nieuwe wet in voorbereiding, die aan het basisonderwijs als belang
rijkste schakel in alle onderwijssectoren alle aandacht besteedt, die het ver
dient. De gemeente moet dat ook doen en niet straks maar ook nu. Men moet de
scholen financieel in de gelegenheid stellen zich nu al aan te passen. Spreekster
heeft het volste vertrouwen in de schoolbesturen, dat zij geen overtrokken ra
mingen hebben gedaan. Het advies van de inspekteur zal wel onder de druk der om
standigheden zijn gegeven.
De heer Beljaars zegt, mede namens de grootst mogelijke meerderheid van zijn
fractie, dat het zeer moeilijk is uit te maken, welk bedrag voldoende is voor een
in normale omstandigheden verkerende school. Aan de hand van een krantenbericht
toont hij aan, welke verschillen van inzicht in deze materie bestaan en waartoe
die leiden (bedragen van f 162,en f 190,worden genoemd).
Wat is nodig, wat gewenst, wat verantwoord. Gelet op het voorstel van Burgemeester
en Wethouders en rekening houdende met de omstandigheid, dat de gemeente ook
andere uitgaven doet ten behoeve van het basisonderwijs kan hij met optrekking
van het bedrag tot f 130,instemmen.
Bestudering van de suggestie van het lid van Engelen met betrekking tot de
ombudscommissie heeft bij spreker de mening gevormd, dat er veel goeds zit in
een ombudscommissie, maar deze moet dan wel bevoegdheden hebben.
Het moet in de praktijk niet alleen een klaagmuur worden en voor het overige een
orgaan, dat alleen maar klagers naar anderen verwijst.