i
I
-32-
Hierna wordt overgegaan tot behandeling van de begrotingen, zoals die in
concept voorliggen, t.w.
1begroting centrale boekhouding
Mevrouw Krijnen-Boot vraagt zich af, of het verificatiebureau alleen de takken
van dienst controleert.
De voorzitter antwoordt, dat ook de algemene dienst door hetzelfde bureau
wordt gecontroleerd. De kosten daarvan worden begroot op hoofdstuk XIV van
de gewone dienst.
De heer Schipper heeft in het antwoord van burgemeester en wethouders op de
opmerkingen in de raadscommissie gelezen, dat een vergelijking van de kosten
bij kleinere onderdelen niet reëel is. Hij vraagt zich af, of, als deze verge
lijking niet kan worden gemaakt, het mogelijk is de efficiëntie van dat onder
deel dan goed te beoordelen.
De voorzitter geeft toe, dat vergelijkende opstellingen uiteraard wel te maken
zijn, maar dat het voor een totaal inzicht in de personeelskosten, beter werd
geoordeeld met totaalcijfers te komen. Vergelijkingen bij kleine onderdelen
gaan vaak mank vanwege vele incidentele factoren.
2. begroting woningbedrijf
Mevrouw Krijnen-Boot wil graag weten hoe het komt, dat het toegestane bedrag
voor algemene kosten wordt overschreden.
De voorzitter vraagt of de raad er bezwaren tegen heeft, dat bij de beantwoor
ding van deze en dergelijke vragen de hulp van de secretaris wordt ingeroepen.
De heer van Engelen merkt op, dat het college toch tot een portefeuille-verde
ling is overgegaan. Beter acht hij het daarom, dat de aan de orde komende
vragen worden verdedigd door het lid van het college, waartoe de zaken behoren,
waarop de vragen betrekking hebben.
De voorzitter vraagt, of ook de wethouders in voorkomende gevallen op de secre
taris mogen terugvallen.
De heer van Engelen zou dit in bepaalde gevallen willen zien als een testi
monium paupertatis.
Wethouder Trompers merkt, terugkomende op de vraag van Mevrouw Krijnen-Boot,
op, dat de toegestane normen aan de te lage kant blijken te zijn.
De voorzitter is van oordeel, dat de toegestane normen vooral voor de kleine
bedrijven te laag zijn. Hoe groter bedrijf, hoe meer draagvlak en hoe beter
men met de normen blijkt te kunnen uitkomen.
Mevrouw Krijnen-Boot acht de geraamde uitgaven voor onderhoud hoog in verge
lijking met de uitgaven 1969 en de ramingen 1970.
De voorzitter zegt, dat de betreffende raming een zodanige betekenis heeft,
dat deze niet mag worden overschreden. De betreffende raming is n.l. gebaseerd
op bepaalde normen voor onderhoud, die door de minister zijn vastgesteld.
Beter is het het dagelijks onderhoud zo zuinig mogelijk te doen, zodat er
reserves gevormd kunnen worden voor groter periodiek onderhoud.
3. begroting openbare werken
Mevrouw Krijnen-Boot merkt op, dat er voor onderhoud van plantsoenen door
derden een bedrag is geraamd van f 69.500,terwijl de totale post geraamd
wordt op f 123.485,Zij vraagt, of er naast het werk, dat de Heide Maat
schappij verricht, nog andere werken moeten worden uitgevoerd en zo ja, door
wie en waaraan.
Desgevraagd zegt de direkteur van openbare werken, dat de gemeente aanpassing
van kleine terreintjes, die b.v. in de sanering vrij komen, in eigen beheer
doet.