-51-
Na heropening deelt de voorzitter mede, dat het ooilege van burgemeester en
wethouders zeer ingenomen is met de constructieve benadering van de begrotingen
en meer nog van het gehele beleid, waar we in de komende jaren samen voor staan.
De wijze waarop verschillende leden de mogelijkheid van het houden van algemene
beschouwingen hebben aangegrepen om een bijdrage aan dat beleid te leveren, stelt
het college bijzonder op prijs. Van de andere kant is spreker van mening dat juist
door de wijze van aanpak de raad tekort zou worden gedaan, wanneer het college
in een snel tempo antwoorden zou geven, waarbij het college zich zou moeten ver
liezen in allerlei vage en misschien onverantwoorde toezeggingen.
Om die redenen is het college van oordeel te moeten vragen of de raad er mede
wil instemmen, dat thans de begrotingen als zodanig artikelsgewijze worden be
handeld, waarbij aandacht wordt geschonken aan de opmerkingen, die rechtstreeks
op de begrotingen van toepassing zijn. Het college durft dit de raad te vragen
onder een zeer uitdrukkelijke toezegging van de kant van het college. In de alge
mene beschouwingen zijn talrijke en belangrijke beleidspunten aan de orde gesteld,
die echt meer studie van het college vragen, dan nu in een kort beraad kan worden
opgebracht. Het college stelt zich voor op deze algemene beschouwingen, voor
zover deze dus niet direct deze begrotingen en het aannemen ervan raken, en die
dus meer het beleid betreffen in de komende jaren, in een afzonderlijke vergade
ring, welke op de tweede dinsdag in februari kan worden gehouden, uitvoerig in
te gaan.
Vraagstukken van inspraak, democratie, openheid, commissies en vele andere, ge
noemd in de algemene beschouwingen, raken het beleid. Hoe moet in de toekomst aan
dit beleid gestalte worden gegeven. Dit beleid kan los worden gezien van de be
grotingen, zoals die thans voorliggen. Aanneming van de begrotingen op dit moment
verdient de voorkeur ter voorkoming van stagnatie in de voortgang van de normale
werkzaamheden
Het lid van Engelen kan met de voorgestelde gang van zaken wel instemmen,
indien een eventuele eindstemming slechts als een administratieve formaliteit
wordt beschouwd en dat de raad na de behandeling nog de mogelijkheid heeft om te
amenderen in de vorm van begrotingswijzigingen, zoals die bij nadere voorstellen
van het college aan de orde plegen te komen.
De voorzitter merkt op, dat de raad deze mogelijkheid altijd heeft,dus ook
in de e.v. vergadering van de tweede dinsdag in. februari, waarin het college dan
ook de kwestie van de onderwijsvergoeding beliandeld zou willen zien.
Het lid Beljaars vraagt zich -mede namens de fractie af- of het in de toe
komst niet wenselijk is de behandeling over meerdere avonden te verdelen, b.v.
een avond voor de algemene beschouwingen, waarna het college een dag de tijd
krijgt voor beantwoording op de avond daarna, waarop tevens de artikelsgewijze
behandeling kan plaats vinden. Een rustig beraad is toch zeker noodzakelijk, gelet
alleen al op de draagwijdte van de verschillende voorstellen. Spreker juicht het
voorstel van het college daarom toe.
De voorzitter verheugt zich er over, dat in de raad instemming wordt betuigd
met de voorgestelde gang van zaken. Daarmede wordt dan tevens al ingegaan op de
suggestie de behandeling over twee al of niet opvolgende avonden te verdelen.
Het college zal er daarbij tevens naar streven, dat de behandeling plaats vindt
v<5(5r de aanvang van het jaar, waarvoor de begrotingen moeten dienen.
Mevrouw Krijnen-Boot vraagt nog even naar de behandeling van haar motie.
De voorzitter deelt mede, dat ook deze de tweede dinsdag in februari aan de
orde komt. De motie heeft betrekking op de onderwijsvergoeding en burgemeester
en wethouders stellen zich voor ook deze materie nader te bestuderen, zodat een
vruchtbare behandeling mogelijk wordt.