o gelievO
astlsS i®erf 9t>
axfsslq sslievo
if xtllSoM niOT
,ew osed .nettS
teaJxmt eaewi9v
-n± xiebiow afiew 4-tb nesflineisioovaaeeaLiev n9 -neois
sI^bihMb 8bflose3.no toos nee rsen b£e£9<fe£tèB±Le±'itBif 9 >-*• ^x*
eb anealov inscfsiS—4BoW nl ie isb ,4gos aele^nS nsv iee 9 8 6
b± Iö9Vöi nieiieielufraflbnl sri Xsinss nee insdsiS-iee W ewusx - 91 r
ne.teXq lai qe .tb*, .bUowê ,t«
Xss Oiteiqe soonessn nesisdrtavaS ae ureJ-nsdia e oisei 9D
."nefliéiiettiev nev bodnss 4exl ne naan gssiv eb naaairf txtoJCimw»
-nsbooxi jteqxxse e^tlledeewes n" r9Ïd io° i&b 'a&w i&hl t n gj^fXeal
oaxnsbieiJofl eb flav eieaeiq ebnsteoea^lju nalsgna nav xosri eb axteglov eCL
aexs j|^xb*ieoM qaxioae Xi4Bxrbxil "^TéxT xibv bielecf bxxoieovixxx dexf qo ne anex xiavr
.qarfoa tïb aav Biebunrtaed eb aav eeibs 4erf nee anXalbludoaed nee
p* irioS i9©x! eb xisv "etafeoS neqo" ebxnssneBOs 4exl tiw necfderi Ie
qBrio89±ii«txbxii teri nsv u/xrteecf taxi tab .nsdew e* nenem fciW .bsxieB eaesnx
eb ia msbie44oH nsv gaeidnl j^ibxiixkeeb eb 49>n ai nemou-egal lebnosuxd uaxxrc
-aovitu er> tovo eiïoaxfcb eb 4oi xioxs xxedeneib samsbieddofl ob qoiaew estiw
.nebnoxttno bxeXerf lebei nsv xioxs ne oeataeqeci xioberfmsas^iewBaxili
Xeebroo teidaaen nee aaabnav elb ,neneaeb dein anee dein deri ntis t.ift
.aniaxdasv-XXsxlS eb ne aniXeabUwdno^tibieoM eb leve ae^eiqadin neXXiw nebnos
nsv neasTv qo bioowdns ni dib— edx/oiass 9x1
ioo eilliia eXsionirvoiq isd bnov negeb les<
ledeiidatrbni den nsv 3®wb3x*x j xwioj
.M„ ^ni2fcisd'is ne9 dam abeiS issn issbnsv ne
-Xsri pewsansJ mo* - neaierfneveS moi a®w els.
-scfiev jltiTgxialsd afoo neddS dem anibni«fi9v e
144
Wij zijn duidelijk van mening, dat een snelle realisatie van het Moerdijk
plan met alle waarborgen van convenant, groenzone, hinderwet enz. een zegen
voor de streek kan worden. Wij blijven van mening, dat de woorden van de
heer van Engelen "de mestvaalt van de Rijnmond" een demagogische kreet is.
Wij geven toe, dat voor deze bewering weliswaar het juiste Nederlandse woor
denboek gehanteerd moet worden; ik lees b.v, bij Koenens demagogie is "De
kunst om de volksmassa te leiden, inzonderheid door rethorische middelen en
valse voorstellingen"
Diverse onmerkingen.
Wij zijn het niet eens met de mening van de heer Huijssoon, dat gemeen
teambtenaren geen zitting zouden mogen hebben in besturen van verenigingen
of stichtingen, ook al worden deze van gemeentewege gesubsidieerd. Een we
ring van deze mensen, die ook burgers zijn en die vaak veel en goed werk ver
zetten ten dienste van de gemeenschap, zou een discriminatie betekenen. Wij
juichen het toe, dat de gemeente vele mensen in dienst heeft, die in de ge
meenschap in plaats van daarbuiten staan. Aan hun objectiviteit hebben wij
nog nooit behoeven te twijfelen.
Wij zijn het verder niet eens met de heer van Engelen, die meent dat
zijn voorzitterschap van het S.K.W. onverenigbaar zou zijn met die van zijn
lidmaatschap van de raad. Als de heer van Engelen gelijk zou hebben, dan
zouden velen van zijn mede-raadsleden in moeilijke situaties verkeren. Wij
zouden het aftreden van de heer van Engelen als voorzitter van het S.K.W.
wiens verdiensten in deze functie wij op hoge prijs stellen, ernstig betreu
ren.
In het vorenstaande -en ook in de komende antwoorden van de wethouders-
is -wij erkennen het gaarne- niet op alle punten, dié tijdens de algemene
beschouwingen aan de orde zijn gesteld, ingegaan. De voorgelegde begrotingen
dienen voor het hele jaar 1972. In de loop van dat jaar zullen Uw raad tal
rijke zaken in afzonderlijke nota's en prae-adviezen worden voorgelegd. De
tijdens de begrotingsbehandeling gedane suggesties en voorstellen zullen dan
zeker nader in beschouwing kunnen worden genomen."
Hierna geeft de voorzitter het woord aan wethouder Trompers. Deze zegt
het volgende:
"Mevrouw, Mijne Heren,
Met betrekking tot de opmerkingen en vragen betreffende de zaken, die
mijn portefeuille aangaan, wil ik gaarne het volgende mededelen.
Volkshuisvesting.
De taak van de gemeente op het gebied van de volkshuisvesting is zeker
en vooreerst hierin gelegen, dat zij aanhoudend moet zorgen voor een goede
huisvesting van de huidige èn van de toekomstige bevolking. In antwoord op
een opmerking van de heer Beljaars stellen wij, dat ook de onvolledige ge
zinnen en alleenstaanden, die Zevenbergen als woonplaats willen, daarbij
recht op dezelfde aandacht hebben. Een en ander betekent niet, dat de gemeen
te zelf moet bouwen. Zij kan dit overlaten aan particulieren, aan beleggers
en -onder voldoende waarborgen als het woningwetwoningen betreft- aan wo
ningbouwcorporaties zoals de Stichting Woningbouw Zevenbergen.
Ons college is een voorstander van de overheveling van het gemeentelijk
woningbezit naar laatstgenoemde Stichting. Zulks heeft niet alleen admini
stratieve voordelen, doch geeft de Stichting tevens meerdere mogelijkheden,
omdat zij dan ook de beschikking krijgt over een aantal reserve-middelen,
die, gedeeltelijk althans, mede als financieringsmiddel dienst kunnen doen.
Wij blijven met de heren Huijssoon en van Engelen van mening, dat zo
veel mogelijk garanties moeten worden ingebouwd, dat vooral de sociaal-
zwakkeren wat de huisvesting betreft, volledig aan hun trekken komen. In