±t Jj.'IQW ^OüjtOiÉl'böJkft li r.oen \0 -ap^'xl asv too.;' jHea^ya i%v*& sx in 1 -so ax nonuefsdaimio 8' .innJefrfl# aatoof o^xbod oL - oi fcxa Who- - ov oxd.,:v.a n, 'dM-nof olioorbelic-flni n&* air 1 ,iüV0T8Bi nedjdaeboa e-auc o aon-jrrx xooh aiia^ flfcis "1 'ttJU:[, iiib jil rim ifd -1? enfef fd iffiotod' iadu oIJxrs' itffetfr Iweat trie naH en low inb blaeqsd Qlw ax oxxgeqcieoa^ni^ '.Xiifsd Icvuj> u? X |#öo itld&Sb i liSf&jW90 ot&êhi ov JMew qo oil ,xo<^i-ioÖ n^elloo no iAooxqa 0X89X ffl aeAas ixooe. iib xe2fe>s Jsb noaojfroov ,nelari alen eb qo noiael noes 8fio neieoa ©,J. .ieolojqo aovx9eox esno nsv* fciw nsdderf xei/see eboafl aegxednev©S wifOd^obioV yniiloii2 ©v nee ne utxuieed iörf nx blerineqo osv aeHetqa ew alA n&u'Oij tip qo ow sir. oc-iooiixov 9b ;o yw %i-~ ixsedsnxnow ioxi nsv irlosibxevo ioi noixx/Ieod nebxxos. -c .irfih'-i fcio jdü;>nis(,iwso3 *Oii moi u:£ :oe Qiff .nojbfexiino ©Xcniaoo ovoxeouiqex fl©9 xibb iobn v Xbvo® mm nfs? ©xirlamao nee ïoob-iasw otqsxs 2ffc±lu3sv©s noe slioaoia qo (^Idaaab L-ob oil nemo or. nsllxw bnosejuo :abaos(;id xloxs ilaari axeqmoxT loboodieW" nev iaoea eb 'm oi qo laeia no ^tnoi law ©nee sou .^nxnow wu U taiicd iovoj anJti93fesxov ob U nasf Hi .teiiisxoov ob xesxin(.xM jan ^nilevarixevo nee nav exvueonaa avoidexieihiobc eb dab ,nebxow bwnode^nl 8ölinaxa§ xeennaw ,nonuois oi <-i£ M.M Ixot-i nobipw qi n&&ciiIo>hi •yflfeibixwino eiyfe no xfbxel moifocu/i la •qon in^xslow, ii Jerf nli i id iepgi -•ila iub .jwiVeJ ooiibbM.\ leiriönlv 135 Juist op dit terrein is een functionele commissie (wat ons betreft het liefst met bestuurlijke bevoegdheden toegerust), bestaande uit deskundigen van binnen en buiten de gemeente -ik denk daarbij aan het Provinciaal Opbouworgaan- de aange wezen oplossing. Toch wil ik, de detailopmerkingen van het college wel even op de voet volgen om bij sommige kanttekeningen dan wel vragen te plaatsen. Ten aanzien van de culturele voorstellingen wil het ons voorkomen, dat be roepstoneel en beroepscabaret, evenals muziekuitvoeringen door gezelschappen van naam, plaatsvinden in de ons omringende grotere steden. Het wil ons voorkomen, dat dit soort consumptieve recreatie, c.q. culturele manifestaties niet op het terrein van een kleinere gemeente als de onze thuis hoort Resteren de plaatselijke creatieve uitvoeringen. Hiervoor zouden wij gaarne overheidssteun willen bepleiten. In hoeverre deze nog aanvullend nodig is, ge zien het subsidiebeleid, willen wij gaarne in breder verband bezien, wanneer concrete voorstellen worden ingediend. Ik herhaal de noodzaak, eerst alle zaken op een rijtje te zetten, alle integratiemogelijkheden te bekijken, alvorens definitieve beslissingen te nemen. Tegen een sporthal zeg ik zonder reserves ja, maar wat voor een is een tweede vraag. In de beleidsnota wordt wat achteloos de term "centraal gebouw met multifunctio neel karakter" gedropt. Als dit echter niet functioneel wordt geïntegreerd in het woonmilieu is het ge doemd een mislukking te worden. In dit verband betreuren wij het feit, dat geen adekwate voorbereiding van het geheel meer dreigt te geschieden. (Hoe wordt trouwens het verenigingsleven bij de voorbereiding ingeschakeld?) Hetzelfde geldt voor een stadspark. Vierkante meters alleen zijn niet voldoende. Br zijn voorbeelden te over van stadsparken die zelfs op mooie dagen nagenoeg leeg blijven, omdat ze geen relatie met het woonmilieu hebben. De plaatskeuze van het stedebouwkundig bureau lijkt ons niet al te best. We willen evenwel ons oordeel nog opschorten tot de plannen in een verder gevorderd stadium zijn. Eigenlijk zijn ze al te ver. Hier zou typisch inspraak in een veel vroeger stadium moeten zijn nagestreefd. Ben jaar geleden, vroegen wij een overzicht van de plannen m.b.t. de sport hal en groen- en speelvoorzieningen. Die konden toen niet gegeven worden. Thans krijgen we ze ongevraagd. U begrijpt, dat wij grote waardering hebben voor deze gewijzigde beleidsconceptie. Minder waardering hebben wij voor de natte vinger methode op basis waarvan groen en speelvoorzieningen worden gepland. Ik vraag me werkelijk af of het geen tijd wordt eens een meer van visie getuigend stedebouwkundig bureau in te schakelen.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1971 | | pagina 131