-63-
Spreker stelt voor thans tot de benoeming van wethouders over te gaan. De
aanwijzing van de loco-burgemeester is aan het college voorbehouden ex de
gemeentewet. Als stemopnemers zullen fungeren de leden Ooyen en Goverde.
Uitgebracht worden 14 stemmen.
Uitslag is als volgt:
(1e vrije stemming) lid Trompers 11 stemmen;
blanoo 3 stemmen.
Het lid Trompers heeft de volstrekte meerderheid der geldig uitgebrachte
stemmen behaald en is benoemd.
Voor de benoeming van de 2e wethouder worden eveneens 14 stemmen uitge
bracht.
Uitslag is als volgt:
(ie vrije stemming) lid Kamp 5 stemmen;
lid Govorde 4 stemmen;
lid v.Engelen 2 stemmen;
lid Krijnen 1 stem;
blanco 2 stemmen.
Waar niemand de volstrekte meerderheid behaalde der geldig uitgebrachte
stemmen, volgt een 2e vrije stemming.
De leden van Engelen en Krijnen delen mede geen kandidaat te willen
zijn.
Uitslag(2e vrije stemming):
lid Kamp 8 stemmen;
lid Goverde 5 stemmen;
blanco 1 stem.
Het lid Kamp heeft de volstrekte meerderheid der geldig uitgebrachte stemmen
behaald, en is dus eveneens benoemd.
De voorzitter feliciteert de beide wethouders met hun benoeming.
Desgevraagd verklaren zij hun benoeming aan te nemen.
De nieuwe wethouders nomen vervolgens plaats naast de voorzitter.
De voorzitter zegt nog het op prijs te stellen dat men zich heeft ge
houden aan de afspraken, gedaan bij het voor—overleg. Ook zijns inziens
speelt religie geen rol, doch de deskundigheid en ervaring.
Spreker wijst nog op de achtergronden van de periode na 1 november e.k.
Hij hoopt op goede en sterke aanvulling van het college.
Hierna volgt felicitatie door de leden.
De wethouders Trompers en Kamp danken de leden voor het in hen gestelde
vertrouwen. Zij hopen met aller steun het algemeen belang te mogen dienen.
Indiening moties.
De eerste gezamenlijke motie wordt door het lid van Engelen voorgelezen.
Ondersteuning wordt o.a. gegeven door de leden Trompers en Schipper.
De tekst luidt als volgt:
De Raad van de gemeente Zevenbergen,
in vergadering bijeen op 1 september 1970,
kennis dragend van het afscheid van de huidige burgemeester per 1 november
1970,
overwegende, dat de toekomstige ontwikkeling van de gemeente Zevenbergen en
de gehele noord-westhoek van Noord—Brabant zeer bijzondere eisen van be
kwaamheid stelt aan de nieuw te benoemen funktionaris,
voorts overwegende, dat de burger van 1970 terecht een meer demokratische
procedure verlangt bij burgemeesters-benoemingen,
nodirt de Kommissaris van de Koningin in de provincie Noord-Brabant uit
spoedig met hem tot overleg te komen over de benoeming van een nieuwe
burgemeester en gaat over tot de orde van de dag.
