-72-
Zijns inziens is het de vraag hoe lang men nog kan wachten. Ook hij denkt,
dat de aankoop steeds kostbaarder zal worden. Op grond hiervan is hij voor
het voorstel van het college.
Het moet spreker van het hart, dat men bij het nemen van een beslissing moet
denken aan het algemeen belang, dat niet alleen gediend wordt met uitgaven
ten behoeve van recreatie en sport, doch dat ook vraagt, dat bestaande ar
beidsplaatsen worden behouden en er nieuwe bij te scheppen. Het voorstel kan
rekenen op zijn fiat.
De voorzitter dankt het lid Siereveld voor zijn pleidooi, doch zegt het
niet eens te kunnen zijn met zijn opmerking, dat de plaats op het industrie
terrein geen rol speelt.
Spreker ziet persoonlijk de herbouw liever op de noord- dan op de zuidkant.
Burgemeester en wethouders hebben zich echter volledig neergelegd bij het
standpunt van de arbeidsinspektie en de inspektie voor de miliejihygiëne.
Het lid Schipper vraagt of het bedrijf zelf zal zorg dragen voor een
zekere graad van schoonheid van het afvalwater, alvorens dit wordt geloosd.
De voorzitter antwoordt, dat hij deze zaak zoveel mogelijk analoog zou
willen houden aan vestigingen op het industrieterrein Moerdijk. Aan de hand
van een schetsje tekent hij hoe Shell afvalwater naar een punt brengt, van
waar het Schap voor verdere afvoer zorg draagt.
Het lid Schipper zegt, dat bij de behandeling van het Moerdijkplan is
gesteld, dat de bedrijven zelf dienen te zorgen voor het tegengaan van
water-, lucht- en bodemverontreiniging.
Het lid Krijnen ziet de belangrijkheid van het verdwijnen van dit pand
uit de kom wel in, doch de industrie oefent zijns inziens te veel druk uit
op het beleid. Dit is nog maar een begin, maar waar eindigt dit, zo vraagt
hij zich af.
De voorzitter meent deze opmerking te moeten weerleggen. De Raad en
Burgemeester en Wethouders hebben het industrieterrein gepland en doen aan
leggen. Waar men op deze terreinen als bedrijf wil zitten, is een kwestie
van zakelijk beleid. Gaat men sentiment in de discussies verweven, dan zal
men in de toekomst bij de onderhandelingen nog veel moeilijkheden ondervin
den.
Het lid Kruis kan na de uitvoerige discussie meevoelen met de moeilijk
heden van het college. Spreker zegt zich neer te kunnen leggen bij de be
slissing van de beide eerder genoemde inspekties. Hij geeft het gemeentebe
stuur wel ernstig in overweging er op toe te zien, dat het R.I.Z.A. de zaken
later strikt zakelijk en objectief zal bezien en geen onnodig zware eisen
zal gaan stellen.
De voorzitter antwoordt, dat de heer Wigleven al contact heeft opgeno
men met het R.I.Z.A.. Er kan een alleszins aanvaardbare oplossing worden ge
vonden. Voorlopig zal lozing plaats vinden op de Roode Vaart, doch later kan
dit geschieden op de afvoerleiding naar Waarde.
Het lid Trompers wil nog benadrukken, dat voor burgemeester en wethou
ders vooral het zakelijke element (hoger aankoopbedrag later) de doorslag
heeft gegeven. Bovendien zal de gemeente nu voor de zuidzijde minder kosten
behoeven te maken dan voor de keuze aan de noordzijde. Zijns inziens is het
niet uitgesloten, dat voor een ander bedrijf de kosten voor de noordkant la
ger zullen zijn.
Het lid van Wensen merkt nog op, dat door een goede drainering de duas-
sigheid grotendeels kan worden verholpen.