9 8« Voorstel tot verhoging van een aantal be lasting- en andere tarieven, tot vaststel ling van een verordening op de heffing van opcenten op de hoofdsom der personele belas ting 1967/1968, tot het afdoen van een aan tal subsidie-aanvragen en tot vaststelling van de begrotingen van de takken van dienst en de algemene dienst der gemeente voor het jaar 1967 met wijziging. Het lid Beliaars betreurt het, dat Burgemeester en Wethouders geen antwoord hebben gegeven op de opmerkingen van de raadscommissie, zoals die in het verslag zijn weergegeven. Tijdens de behandeling van de voorstellen in de commissie is ook behoefte gevoeld aan de nota van aanbieding der begrotingen van Burgemeester en Wethouders, waardoor ook in die commissie beter inzicht in de gehele financiële problematiek zou zijn verkregen. De discussies in de commissie zouden daardoor beter en vruchtbaarder hebben kunnen zijn. De Voorzi tter antwoordt, dat de betreffende raadscommissie in het onderhavige gevalu&Lsecommissie,belast met het onderzoek der begrotingen en niét met het onderzode naar het algemene beleid, waaraan in de nota van aanbieding in het algemeen een beschouwing pleegt te worden geweid. Overigens wil spreker wel be zien of het mogelijk is, dat de nota van aanbieding eerder wordt verzonden, zo dat alle raadsleden en dus ook de commissieleden, er vroegtijdig kennis van kunnen nemen. De nota behoort zijns inziens in de commissie echter niet tot discussiepunt te worden genomen. Hierna geeft spreker gelegenheid tot het houden van algemene beschouwingen. Het lid Krijnen wil zijn algemene beschouwing graag beperkt houden door te wijzen op een bepaald tekort aan samenwerking in het geheel van de gemeentelijke be moeiingen, vooral in het licht van de verbetering van het leefklimaat in de ge meente. Dit tekort constateert spreker in de aanwezigheid van twee verenigingen van gemeentepersoneel, waarvoor subsidies worden geraamd. Volgens spreker hangt een verbetering van het leefklimaat niet alleen af van de projectie van een mooie winkelgalerij of van het dempen van de haven en de uit voering van andere projecten. Op de eerste plaats is samenwerking in de gemeente nodig en zéker onder het personeel, dat de belangen van de gemeenschap het eerst en het meest heeft te dienen. Gescheiden opgaan van deze verenigingen acht spreker sociaal en maatschappelijk niet verantwoord. Het lid Beljaars - deze keer persoonlijk aan het woord en niet namens een bepaal de fractie, waartoe wel gevraagd, doch daarop niet ingegaan vanwege gebeurtenis sen in het afgelopen jaar - acht de financiële toestand der gemeente bepaald niet rooskleurig. Spreker meent, dat hierin ook weinig verbetering zal kunnen worden verwacht, gelet op de maatregelen van de regering Zijlstra, De gemeente zal zelf op veel meer punten bezuinigingen moeten doorvoeren. Daarbij denkt spreker onder meer aan een tweetal subsidies, t.w. die voor de kunstkring de Schakel en die voor de muziekkorpsen. Volgens de begroting van de Schakel wordt een aanzienlijk, tekort geraamd. Spreker is daarover niet verwonderd gezien de gezelschappen, die een uitvoering moeten verzorgen en de kosten, daaraan verbonden, en gelet op het aantal personen, die deze uitvoeringen zal bezoeken. De gemeente mag het niet tot haar taak rekenen deze "bodemloze put" te dempen. Wat de muziekkorpsen betreft merkt spreker op, dat een der korpsen naast andere bedragen een bedrag van f 1250,als "prestatievergoeding" krijgt; hij vraagt zich af of het verschil in prestatie zo groot is, dat de betreffende vereniging daarvoor zoveel extra moet hebben. Er wordt zo te kwistig met geld omgesprongen.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1967 | | pagina 9