1/1967-1968 llle AFD. GEMEENTE-ARCHIEF ZEVENBERGEN Notulen van een vergadering van de Gemeenteraad op woensdag 4 januari 1967 des namiddags 18.45 uur. Aanwezig de leden: C.J. Trompers, B.A. Ooyen, C.P. Goverde, G.A. Krijnen, P.M. Kop, S.J. Schipper, J.B. Biemans, J.P. v.d. Made, J.A. Siereveld, G.H. Kamp, J.J. den Biggelaar, Mevr. A.M. Farla- Machielse, J.G. Blom, Th.A. Kruis en H. Beljaars. Voorzitter: H.E.M. Schaminée Secretaris: J.A.A. van der Smissen. 1Opening. Be voorzitter opent de vergadering met het hij het reglement van orde voorgeschreven gebed. 2. Loting volgorde steipiingen. Het nummer van volgorde bij eventuele stemmingen tfordt bepaald op nr. 1 zijnde wethouder Trompers. Be voorzitter spreekt zijn beste wensen uit voor het jaar 1967. Spreker hoopt op een vruchtbare en prettige samenwerking. Het komende jaar plaatst de gemeente voor vele en belangrijke beslissingen. Be voornaamste zal zijn o.a. de beslissing over het saneringsplan, waarop hedenavond toelichting zal wor den gegeven. Ook zal het streekplan spoedig gereedkomen. Be gemeente zal haar stand punt hierover moeten bepalen. Be werkgelegenheid loopt de laatste maanden iets terug. Be werkeloosheid geeft thans nog geen zorg, wel dient men zich in te stellen op mogelijke recessies. Ook hier is regionale samenwerking van belang. Be samenwerking loopt niet vlot. Bit spijt spreker. Hier en daar verrijzen stadsgewesten met vooralsnog beperkte taak. Be oorzaken hiervan liggen niet alleen bij de be stuurders Be bevolkingsgroei is matig. Idem met betrekking tot industriële vesti gingen. Be pendel vangt tot heden nog de arbeiders op. Be ontwikkeling is vooralsnog niet gunstig te noemen. Be oorzaak hiervan dient nijns inziens niet alleen bij de plaatselijke besturen te worden gezocht. Ook hogerop stokt het aan belangstelling en medewerking. Indien men in andere gemeenteraden stelt dat West—Brabant intergemeente lijk een achterlijk gebied is, dan mag dit zijns inziens niet gelden voor Noord-West-Brabant Noord-Brabant is geen uitschieter maar is wel in beweging. Meer belang stelling van hogerhand zou voor de streek zeer gewenst zijn. Raadscommissies. Spreker belicht vervolgens de ingestelde commissies uit de Raad. Zijns inziens is het succes slechts matig te noemen. Een deel van de Raad ziet de stukken, laat zich ambtelijk voorlichten, doch verder komt het niet uit de verf. Be aanwezige ambtenaar kan wel het inzicht van burgemeester en wethouders weergeven, doch is geen beleidsfunctionaris. Zijns inziens dient een lid van het college van burgemeester en wethouders voorzitter te zijn van de commissie om vanuit het beleid informatie te geven en de gemaakte opmerkingen in het beleid in te passen.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1967 | | pagina 1