23
Een. garage is nodig* Ook thans is deze bij oude opstallen aanwezig.
Het gemaal is gewaardeerd naar puin en de woning naar een bewoond pand.
Het is niet de bedoeling de woning onmiddellijk te slopen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten confom het voorstel van Burge
meester en Wethouders.
7. Voorstel omtrent een bestemmingsrege
ling met betrekking tot de Ewoudsdam.
Het lid Snoeijs vraagt zich af, waarom dit voorstel wordt gedaan. Het desbe
treffende voorstel werd indertijd toch aangenomen.
Betreft alleen bebouwing langs de Ewoudsdam.
De voorzitter zegt, dat tot nog toe hierover in de Raad werd gesproken.
Het standpunt van de dienst der gemeentebedrijven is nu duidelijk bekend.
Daarom is een en ander nader geargumenteerd. Spreker wijst op het vele werk
dat zijns inziens nodeloos wordt gemaakt. Zou tot wijziging worden besloten,
dan gaat dit zijns inziens in tegen eerder genomen besluiten.
Een goede uitleg voor Zevenbergschen Hoek is elders mogelijk. Wijziging in de
geest van het voorstel van het lid Snoeijs is zijns inziens niet oirbaar.
Het plan is nog niet afgerond. Bedoeling is de Raad te overtuigen van de
nodeloze arbeid welke zal worden verricht.
Wethouder Trompers zegt, dat het standpunt (meerderheidsbesluit) van het
college zijns inziens niet prijzenswaardig is. Het eerder besluit van de BqsM
(voorstel lid Snoeijs) had moeten worden uitgevoerd.
De leden hebben zijns inziens beperkt inzage van de correspondentie kunnen
I nemen.
Dat het plan niet haalbaar is, betwijfelt hij ten zeerste. Spreker verwijst
naar de motivering van de minderheidsgedachte, voorkomende in het voorstel.
Het gaat in deze zaak over bebouwing langs de Ewoudsdam. De brief ««n de
stedebouwkundige was daarom ook niet juist gesteld. Dit was reeds een af-
wijking van het genomen besluit. In bedoelde brief werd mededeling gedaan
van eerdere gelanceerde bezwaren. Stedebouwkundige had een en ander slechts
over te nemen.
Wadat de Raad wederom zijn standpunt had bepaald volgde wederom contact met
de stedebouwkundige t.w. de heer Ouwens van het bureau Ir.Wissing.
j Het schetsplan hield weer meer in dan werd bedoeld. Eindelijk volgt dan het
I antwoord van Ir.Wissing, dat hij een ontwerp als bedoeld niet kan vervaardigen.
J Spreker vraagt zich af of het gemeentebestuur dan zo onduidelijk is geweest
of dat de stedebouwkundige zo moeilijk van begrip is.
Waarom moest een en ander zolang duren?
De bezwaren in het voorstel zijn zijns inziens opgeschroefd en niet haalbaar
gemaakt.
Spreker gaat deze punten na en stelt daar tegenover de minderheidsgedachte,
omschreven in het voorstel.
Het lid Beljaars (voorzitter commissie voor de openbare werken) zegt, dat in
de commissievergadering dit punt uitvoerig werd besproken. Duidelijk is ge
bleken van bezwaren tegen deze lintbebouwing. Zijns inziens komt te Zeven
bergschen Hoek in het plan bij de molen voldoende gelegenheid tot bouw.
Zijns inziens is het onlogisch dmt plannetje naar voren te schuiven.
Een behoorlijke uitbouw voor Zevenbergschen Hoek is gewenst echter niet op
de plaats als in dit voorstel bedoeld. Spreker wijst op oude toestanden langs
de Ewoudsdam.
Voordelen voor toekomstige bouwers vallen weg wegens hogere funderingskostenr
o de riolering wordt duur. Idem met betrekking tot openbare groenvoorziening
en de verlichting (baatbelasting).
Sporadisch zal ter plaatse gebouwd worden. Waarom zich dan op dit plannetje
druk te maken.
