53
En iedereen deed dit gaarne.
Zijn zeer lange staat van dienst veroorloofde hem een status, waartegen mis
schim wel wat gedaan zou kunnen worden, doch wat achterwege bleef door de ont
wapende eenvoud, waarop hij het probleem zag en naar eigen ideeën oploste.
Hij kon als geen onzer vertellen over de geschiedenis van de secretarie en de
ups en downs in onze ke\aken.
Zijn goedheid, zijn behulpzaamheid, lieten gewoon niet toe ontstemd op hem te
zijn. Hij heeft vele "bazen" gehad en elk hunner zal een prettige herinnering
aan de bode bewaren.
Na een eerste ziekbed vorig jaar leek er hoop op beterschap, doch zij, die hem
van nabij gadesloegen, zagen het anders.
Kees heeft een kort ziekbed gehad en tot het laatst gehoopt op beterschap.
Lijden is hem gelukkig bespaard gebbleven.
Ik behoef zijn verdiensten niet te schilderen; ieder van ons heeft hem van nabij
gekend en meegemaakt. Ons medeleven gaat uit naar zijn vrouw en dochter.
Moge beide ambtenaren rusten in vrede."
3. Notulen van de vergaderingen van 17 sep
tember en 1$ oktober 1965.
De notulen van de vergaderingen van 17 september en 16 oktober worden ongewij
zigd vastgesteld.
4. Ingekomen stukken en mededelingen.
Met betrekking tot de stukken a t/m c wordt zonder hoofdelijke stemming besloten
conform het voorstel van Burgemeester en Wethouders.
Met betrekking tot het stuk onder d (ontwerp-besluiten tot wijziging respec
tievelijk vaststelling salarisregeling secretarissen) zegt het lid Kop, aan de
secretarissen een goed salaris te gunnen. Spreker wil hieraan niet tornen.
Wel betreurt hij de franjes, welke het voorstel versieren. Hij vindt dit niet
juist. Ook in het bedrijfsleven wordt juist geageerd tegen allerlei franjes.
De Voorzitter antwoordt, dat hier van zogenaamde franje geen sprake is. Het
stuk houdt een argumentering in, benodigd voor optrekking nnq-p hogere groep
qj&a inwonertal.
Het lid Snoeijs zegt gelijke bezwaren te hebben als het lid Kop.
De methode is z.i. niet juist.Hit hoofde van de regeling zelf, dient een goed
salaris verzekerd te zijn. Ook dienen de overige ambtenaren hierbij betrokken
te worden. Ook zij .zijn z.g. "meespelers".
De Voorzitter wijst op de mogelijkheden welke de regeling biedt. Optrekking
naar hogere groep, dient gemotiveerd te worden. Aan de overige ambtenaren wordt
wel degelijk gedacht. Dit zal later aan de orde komen.
Het lid Snoeijs zegt, dat z.i. teveel op de toekomst is geschoten.
De motivering komt hem niet geheel juist voor. Het verhaal is z.i. te lang en
wat overdreven.
Het lid Beljaars zegt het eens te zijn met Burgemeester en Wethouders indien
gesteld wordt, dat het inwonertal niet alleen beslissend mag zijn.
Het weik in de kleinere gemeenten kan vaak veel omvattend zijn.
De argumentering in het voorstel is ook z.i. wat gezocht. Overigens wordt een
goede secretaris niet gauw voldoende betaald.
Voorzitter licht de ontwerpen en de bedoeling van Burgemeester en Wethouders
nog nader toe.
De leden Snoeijs en Kop antwoorden, een en ander goed te begrijpen, alleen de
methode waarop dit geschiedt, achten zij minder juist. De verordening zelf
dient een goed salaris voor de secretarissen te waarborgen.
Het lid van den Dries zegt, in grote lijnen met het voorstel van Burgemeester
en Wethouders te kunnen instemmen.