J-
29
VERGADERING VAN DE GEMEENTERAAD
op vrijdag 12 juni 1964
des namiddags 18,45 uur.
Aanwezig de leden: J.J.den Biggelaar, J.J.Lommen, C,P.Goverd.e, B.A.Ooijen,
C.J.Trompers, P.M.Kop, G.Mensen, A.van Geel, J.A.Siereveld,
H.G.Beljaars en J.J.van den Dries,
j Afwezig met kennisgeving van verhindering, de leden J.H.Snoeijs en J.P.van der
Made.
Voorzitter: B.A.Ooijen, loco-Burgemeester (t/m agendapunt 5) en voor verdere
gedeelte H.E.M.Schaminée.
Secretaris: J.A.A.van der Smissen.
1Opening,,
j De Voorzitter opent de vergadering met het hij het reglement van orde
[voorgeschreven gebed.
2. Loting volgorde stemmingen.
Het nummer van volgorde bij eventuele stemmingen wordt bepaald op nr. 6
zijnde het lid Kop.
5. Notulen van de vergadering van 17 april
1964.
De notulen van de vergadering van 17 april 1964 worden ongewijzigd vast
gesteld.
4, Ingekomen stukken en mededelingen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform de voorstellen van
Burgemeester en Wethouders.
5. Voorstel tot wijziging van de begrotingen.
Met betrekking tot de begrotingswijziging in verband met aanstelling van
een technisch hoofdambtenaar merkt het lid Kop op, dat hij tot de ontstellende
ontdekking komt, dat het batig saldo op de begroting snel zal zijn verbruikt.
Spreker is beangst voor de begroting 1965. Angstwekkend is z.i. het ambtenaren
[corps voor de dienst Openbare Werken. Hier wordt een dienst gecreëerd met een
jzeer groot hoofd. Op aanstelling van deze kracht moet volgens spreker niet word
en ingegaan. Kan niet veel meer werk door particulieren worden uitgevoerd
Spreker heeft ook bezwaar tegen de wijziging der begroting met betrekking tot
aanplanting in het bungalowpark.
G®zien de geringe belangstelling bij de uitgifte, dient z.i., de uitgaaf
tot het volgend dienstjaar te worden uitgesteld. De uitgaaf komt thans een en
keling ten goede, die voor een lage prijs aldaar grond wist te bemachtigen.
e aankoop van de opstal van het pandje aan de Zuidhaven (nr. 2) komt hem
enigszins vreemd voor. In het desbetreffend stuk komt geen enkele naam voor.
De Voorzitter antwoordt dat aanstelling van bedoelde kracht dringend ge
wenst is gezien de ontwikkeling der gemeente. Een behoorlijke reserve op de be
groting blijft aanwezig. j
Voor de gemeente, aldus het lid Kop, is de reserve niet groot. Spreker
stelt voor, met tot aanstelling over te gaan, althans voorlopig nog niet,
