47
VERGADERING VAN DE GEMEENTERAAD
op dinsdag 20 augustus 1963
des namiddags 18.45 uur.
Aanwezig de leden: C.Goverde, G.Mensen, H.G.Beljaars, J.J.van den Dries, J.
Siereveld, J.J.den Biggelaar, J.Snoeijs, J.J.A.M.Lommen,
P.Kop, J.P.van der Made, C.Trompers en B.A.0oijen,
Voorzitter: HiE.M.Schaminée.
Secretaris: J.A.A.van der Smissen.
1. Opening.
De Voorzitter opent de vergadering met het bij het reglement van orde voor
de vergaderingen van de Raad voorgeschreven gebed.
Direkt hierna herdenkt hij het onverwachte overlijden van mej. C.Vissers.
Zij was een toegewijde ambtenares met een groot gevoel voor verantwoordelijkheid,
die -zich steeds bescheiden op de achtergrond houdend- steeds bereid was tot hel-
ipen en gedurende haar bijna 40-jarig dienstverband de gemeente op voorbeeldige
wijze heeft gediend.
Hij besluit met de woorden:
"Aan haar werk en de prettige samenwerking bewaren wij allen een goede her
innering. Moge zij rusten in vrede".
Vervolgens doet hij mededeling van het ongeluk, dat de hoofdcommies, de heer
A.J.A.van Aken en later ook diens echtgenote heeft getroffen.
Hij stelt voor hem ook namens de Raad een bericht van deelneming te sturen
jen hierbij de hoop op een spoedig herstel —mede voor zijn echtgenote- uit te
spreken.
Unaniem wordt aldus besloten,
2. Loting volgorde stemmingen.
Het nummer van volgorde bij eventuele stemmingen wordt bij loting bepaald
op nr. 10, zijnde het lid Ooijen,
3. Notulen van de vergadering van 28 juni 1963.
De notulen der vergadering van 28 juni 1963 worden zonder hoofdelijke stem-
:ning vastgesteld»
4. Ingekomen stukken en mededelingen.
Ten aanzien van punt A onder 4 njerkt het lid van der Made op dat hij de
procedure van de onbewoonbaarverklaring ergens niet goed kan volgen»
Wordt er —ook door de H.I.D.— wel bij voldoende instanties advies ingewon
nen, ook bij de huurder, die zijns inziens de betrokken woning zelf niet onbe
woonbaar vindt. Deze huurder wil het pand zelf herstellen,
In de buitenwijken houdt men van de natuur.
Wanneer men in het onderhavige geval via onbewoonbaarverklaring zijn woning
ziet verdwijnen, lijkt hem dit niet juist.
Hij zag deze aangelegenheid graag nog eens onderzocht,
Vervolgens vraagt hij of op deze woning ook een plaat "onbewoonbaar ver
klaarde woning" moet komen. De woning is gelegen op de grond van de gemeente
