Vraag 4V ingekomen van het lid den Biggelaar. 79 In de kranten heeft een reactie van de Voorzitter van de W.E.B. gestaan, waarin het standpunt van Zevenbergen nogal eenzijdig wordt genoemd. Wat is daarop het antwoord van Burgemeester en Wethouders Wij zijn ervan overtuigd, dat de Voorzitter van de W.E.B.staande in de schoenen van de Burgemeester van Zevenbergen minstens hetzelfde gedaan zou hebben, -met het college van Burgemeester en Wethouders-, als wij deden. Juist omdat de stedebouwkundigen en de colleges van Burgemeester en Wethou ders van Zekluza eensgezind de gemeente Zevenbergen centraal hebben gesteld, is het de plicht van Zevenbergen tegen aantasting van deze gedachte waken. Het intergemeentelijk gebied is door ons als uitgangspunt genomen. Officieel hebben wij de W.E.B. nog niet van onze bezwaren in kennis gesteld, omdat wij eerst de discussies in de raadsvergadering van 28 december willen af wachten. Het lijkt ons juist de Voorzitter van de W.E.B. volledig inzicht te geven in onze bedenkingen.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1962 | | pagina 80