29 Het lid Ooijen verlaat, na van de Voorzitter verkregen toestemming, de vergadering» Er ontspint zich een breedvoerig gesprek over het al dan niet gewenst zijn van subsidieverlening, waarna de Voorzitter vraagt of het voorstel de in stemming van de Raad kan hebben» Het lid de Koning zegt dat nagenoeg alle leden er van overtuigd zijn dat het voorgestelde onjuist is, maar dat het toch maar zou moeten worden aangeno men, Dit is onbevredigend en bij aanneming zou de Raad handelen als een aantal redeloze dieren. Het lid Beljaars zegt dat men consequent moet zijn. De Voorzitter brengt in het midden, dat hij van oordeel blijft, dat de ge meente in het vervolg vóóraf in het overleg moet worden betrokken. Het lid Beljaars zegt persoonlijk niet te kunnen instemmen met het voor stel; men kan dit voorstel wel afstemmen, maar wat gebeurt er dan De Voorzitter antwoordt dat dan kennis ware te geven aan de instanties, dat men in het vervolg de gemeente tijdig moet horen» Het "Hd de Verving informeert nog hoe de Voorzitter de subsidieverdeling over de gemeenten ziet. De Voorzitter antwoordt dat verdeling naar het aantal inwoners beter lijkt dan verdeling naar het aantal verzorgingsdagen» Het lid de Koning ziet als een ander gevaar dat de gemeente met de meeste invloed aanspraak zal maken op de meeste verzorgingsdagen; een reëel gevaar bestaat als het personeel in zodanige gemeente is gevestigd. De Voorzitter zegt dat het de bedoeling is het personeel zoveel mogelijk te spreiden, doch enige voorzichtigheid is wel geboden. Vervolgens wordt zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders, 20. Rondvraag, 1Het lid van den Dries vraagt of er niet iets gedaan kan worden aan de be groeide havenkanten in noordelijke richting, die weliswaar niet het eigen dom der gemeente zijn; mogelijkerwijze zou men te bevoegder plaatse hierop kunnen aandringen. Daarnaast vraagt spreker of de straten, teneinde die er op zondag beter te laten uitzien, niet op zaterdag kunnen worden geveegd, b.v. met de nieuwe machine. Zijn er geen maatregelen te nemen tegen jongelui, die de kom der gemeen_ te met hun bromfietsen onveilig maken 2, Het lid de Knning zal gaarne vernemen hoe de stand van zaken is met betrek king tot industrievestiging, 3, Het lid Trompers vraagt aandacht voor bepaalde punten langs de Schansdijk, welke levensgevaar kunnen opleveren; is het niet mogelijk waarschuwingsbor den te plaatsen De dienstregeling van de B.B.A. is voor Langeweg uiterst ongunstig; in het verleden heeft de Voorzitter toegezegd dat getracht zou worden daarin verbetering te brengen, doch de toestand is nog ongunstiger geworden, 4, Het lid Snoeijs zou het laatste willen aanvullen met eenzelfde opmerking voor Zevenbergschen Hoek; vroeger bestond er een uurdienst op 's-Hertogen- bosch, doch ook dit is al weer verleden tijd* Spreker wijst vervolgens op de grote activiteiten, welke door de gemeen teambtenaar Klasen zijn ontwikkeld bij de raadsverkiezing en op de versprei ding van schriftelijke propaganda door genoemde Klasen, die zich overigens niet heeft ontzien om bij zijn huurophalerswerkzaamheden mondeling propagan-

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1962 | | pagina 30