12 Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform dit nader voorstel van Burgemeester en Wethouders. F. van de Minister van Binnenlandse Zaken dd. 2 april 1962, nr. A622/IB49 inzake salarismaatregelen per 1 januari 1962 ten behoeve van het personeel der la gere publiekrechtelijke lichamen. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van Burge meester en Wethouders. 5. Voorstel tot wijziging van de begrotin gen. Het lid Beljaars vraagt zich af of het doel, waarvoor subsidie wordt ge vraagd bij de 5e wijziging der begroting, tot de taak der gemeente behoort. Ook het bedrag komt hem te hoog voor. Bij de behandeling der begroting werden verzoeken om subsidie afgewezen van verenigingen en instellingen, welke z.i. steun behoefden, althans eerder, dan de vereniging bedoeld in de onderhavige begrotingswijziging. Het voorstel van Burgemeester en Wethouders tot 5e wijziging van de be groting 1962 wordt vervolgens in stemming gebracht en aangenomen met 9 tegen 3 stemmen. Voor stemmen de leden: Mensen, Eland, v.d.Beek, de Gouw, Snoeijs, Trompers, de Brouwer, Ooijen en Goverde. Tegen stemmen de leden: de Koning, Beljaars en den Biggelaar. De overige voorstellen van Burgemeester en Wethouders onder dit agendapunt, worden zonder hoofdelijke stemming aanvaard. 6. Voorstel tot tijdelijke verpachting van grond. De Voorzitter deelt nog mede dat de verpachting onder reserve geschiedt voor het geval mocht blijken, dat de gemeente de grond niet nodig heèft. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten confoim het voorstel van Burge meester en Wethouders. 7. Voorstel tot het verlenen van schade loosstellingen in verband met verleend opstalrecht voor geplaatste noodwoningen. De Voorzitter deelt nog mede, hoe van oorsprong deze bepaling werd opgeno men. De grond werd toegewezen aan de heer J.Bouwmeester. Deze heeft de woningen (3 in getal) doorverkocht (o.a. aan Cornel). Een andere dan morele verplichting 'vermeent spreker niet te zien. Uit billijkheidsoverwegingen ware een vergoeding toe te kennen vanaf 1 september 1958 conform het voorstel. Het lid Trompers wil de gemeente geen verwijt maken, maar toch werd inder- tijd de gedachte gewékt dat bedoelde noodwoningen na verloop van enige jaren zouden worden opgeruimd. Het is allemaal wat ongelukkig uitgevallen, vooral voor belanghebbenden. Zij zijn steeds hierover bezig geweest. Gemeentebestuur weet dit maar al te goed. Sinds kort hebben zij het over de financiële boeg ge- jgooid. Per jaar bezien, is de vergoeding niet hoog. Z.i. ware de vergoeding toe te kennen, ingaande 1 september 1956 (6 jaar). De Voorzitter antwoordt dat deze zaak toch wel zakelijk en nuchter moet worden bezien. Vaak beroept men zich op iets, wat indertijd anders lag. Dat de woningen er zolang staan, kan gemeente niets aan doen. Het is tegen-gelopen. Zwart op wit werd niets gesteld. In deze mag men niet teveel afgaan op hetgeen jindertijd blijkbaar afgesproken werd.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1962 | | pagina 13