91 Op een opmerking, dat de grond elders op Zevenbergschen Hoek 6,k 7,kost, stelt het lid Eland, dat een prijs van 6,a 7, te laag ligt. De Voorzitter gaat er van uit dat de kostprijs er uit moet komen, doch dat het stellig niet de bedoeling mag zijn om winst te maken. Het lid Snoeijs zegt de laatste weken beluisterd te hebben dat de bevol king voor een blijvend plantsoen geporteerd is; het zou wel erg stug aandoen als de Raad hiermede geen rekening houdt, alleen omdat enkele mensen ter plaatse willen bouwen. Het lid van den Dries deelt mede ter plaatse een onderzoek te hebben inge steld; inderdaad blijkt de meerderheid van de bevolking voor een blijvend plant soen te zijn en dan zou het jammer zijn dat Zevenbergse raadsleden aan Zeven bergschen Hoek zijn plantsoen ontnemen. Aangenomen dat een uitbreidingsplan niet geheel onfeilbaar behoeft te zijn, is er wellicht reden om dat te herzien. Nu bovendien een andere bouwplaats kan worden aangewezen, is spreker ten opzichte van zijn stem in de vorige vergadering van inzicht veranderd. De Voorzitter zegt deze wijze van voordragen sympathiek te vinden; eventu eel is er geen bezwaar tegen het uitbreidingsplan te doen wijzigen. Het terrein tussen van Kampen en het pension zou echter gebezigd kunnen worden voor de bouw van twee woningen, waarvoor overigens al aanvragen binnen zijn. Het college heeft echter gemeend de gemeenschap van Zevenbergschen Hoede een plezier te doen om de bank op het reeds genoemde attractieve punt te doen bouwen; een bankge bouw op de gevraagde plaats zou goed tot zijn recht komen en met de stedebouw- kundige is het college de opvatting toegedaan, dat te Zevenbergschen Hoek vol doende groen aanwezig is. Het lid Snoeijs beaamt dat er inderdaad wel voldoende groen kan zijn, doch "wij zijn geen koeien". Spreker verwacht dat het gebouw beter tot zijn recht kan komen als het wordt gebouwd tussen van Kampen en het pension. Het lid de Koning constateert dat de overgrote meerderheid der bevolking op behoud van het plantsoen gesteld blijkt te zijn; ergo is er aanleiding om het uitbreidingsplan te herzien. Het lid Trompers betreurt het dat de zaken zo zijn gelopen. Bij de vorige behandeling van het verzoek is gezegd dat dit terrein niet voor bebouwing be stemd was} thans hoort spreker over de toezeggingen van de Voorzitter, dat dit terrein niet bebouwd zou worden. Desondanks zou het jammer zijn niet op het ge nomen besluit terug te komen. Wellicht hebben de vorige sprekers het wat ruim genomen als zij mededelen dat de bevolking prijs stelt op dit plantsoen; per soonlijk vindt spreker het bankgebouw mooier en beter gesitueerd op de oorspron kelijke plaats. De Voorzitter brengt hierna in stemming de verkoop van de grond, zonder dat de Raad zich tevens uitspreekt over de verkoopprijs. Dit voorstel wordt verworpen met vijf tegen acht stemmen. Vóór verkoop stemden de leden: de Brouwer, Beljaars, Eland, Ooijen en Trom pers. Tegen verkoop stemden de leden: den Biggelaar, Mensen, Snoeijs, de Gouw, de Koning, Goverde, van der Beek en van den Dries. De Voorzitter deelt mede, dat het college zich nu zal beraden over de vraag 3f en in hoeverre thans wijziging van het uitbreidingsplan noodzakelijk is. 11. Voorstel tot het treffen van voorzienin gen met betrekking tot de vee- en vlees keuringsdienst Noord-West-Brabant. De Voorzitter geeft nog enige toelichting op het voorstel. Het lid Mensen informeert of ter zake overleg is gepleegd met de slagers, op wier mening spreker prijs stelt. De aan Breda te betalen vergoeding ligt weliswaar hoger dan het bedrag dat Roosendaal gevraagd heeft, doch daartegen-

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1961 | | pagina 90