62 deze prijs voorlopig is aangehouden. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten overeenkomstig het voor- stel van Burgemeester en Wethouders. 14. Voorstel omtrent het verlenen van bijdragen in de kosten van uniformering van muziekge zelschappen en drumbands. Op 2 aanvragen om medewerking stellen Burgemeester en Wethouders voor het -gedurende maximaal 10 jaar- garanderen van de betaling van rente en aflossing van geldleningen, gesloten ten behoeve van het aanschaffen van uniformen, tot een maximum van 1/3 gedeelte van het voor volledige uniformering benodigde bedrag en tot een maximum van 50,-- per lid van de aanvragende vereniging. Zij stel- j len voorts voor aan de aanvragemde verenigingen een extra-subsidie toe te kennen ter grootte van het bedrag van rente en aflossing van de onder garantie van de gemeente geleende bedragen, hetwelk uiteindelijk impliceert, dat een krediet k - fonds perdu wordt verstrekt. De minderheid van het college heeft echter een af wijkend standpunt. Het lid de Koning verklaart geen bezwaar te hebben tegen het voorstel maar - acht het onrechtvaardig dat geen voorzieningen worden getroffen ten aanziegVan verenigingen, die -geheel door eigen werkzaamheid-- reeds tot uniformering van haar leden zijn overgegaan en vaak als gevolg daarvan in slechte financiële om standigheden verkeren. Hij geeft daarom de voorkeur aan een algemene regeling, waarin deze onrechtvaardigheid is weggenomen en waarop elke vereniging -zo nodig- aanspraak kan maken. De Voorzitter zegt, dat het inderdaad in de bedoeling ligt een algemene re geling te ontwerpen, maar dat de tijd daarvoor ontbroken heeft. Om een en ander niet op de al te lange baan te schuiven zijn Burgemeester en Wethouders met het huidige voorstel gekomen, hetgeen straks in de te ontwerpen regeling kan worden H ingepast. Haar sprekers mening moet er in de algemene regeling van uit worden gegaan, dat met overheidsgelden wordt gewerkt en datdus een behoorlijke controle niet mag ontbreken. Het gemeentebestuur moet verantwoord kunnen handelen. Spre- ker denkt aan de volgende op te nemen punten: inzicht in de financiële omstan digheden der aanvragende vereniging; onderzoek naar de zelfwerkzaamheid met be trekking tot de financiën, welke voorop moet staan; eisen t.a.v. de kwaliteit der uniformen en dergelijke. Ook de extra-kosten van het hebben van uniformen (onderhoud - vervanging e.a.behoren te worden geregeld. De heer van den Dries acht het niet geheel juist, dat deze en dergelijke subsidie aanvragen buiten de begrotingsbehandeling om worden afgedaan. De Voorzitter meent, dat niet elke aktiviteit kan worden afgedaan met de nededeling, dat de begroting al is behandeld. Het lib. Bel jaar s vraagt zich af waarom de 'mening van de heer van den Dries -liet naar voren is gekomen bij de behandeling van de subsidie-aanvrage ten aan- sieq&an het carillon. Als alles bij de behandeling van de begroting moet geschie- ien, zullen vele aanvragen in de loop van het jaar moeten worden afgewezen. Spre-: rer meent, dat uniformering -vooral voor jongelui- een zekere stimulans betekent sieh aan te sluiten. Ter bevordering van eên goede vrije-tijdsbesteding is dit toe te juichen. Spreker gelooft, dat de voorgestelde subsidie de gemeente wel 3ens minder kan kosten dan herstel van schaden, als gevolg van door de jeugd ver richte vernielingen. Overigens meent hij, dat ook de verenigingen, die zelf al gezorgd hebben voor uniformering, niet gediscrimineerd mogen worden. Het lid Trompers stelt ook een algemene regeling op prijs, waarop elke ver eniging, al of nog niet geüniformeerd, aanspraak kan doen gelden. Overigens moet het niet zo worden, dat verenigingen van overheidsgelden kunnen profiteren zon-

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1961 | | pagina 61