4
een stem in het kapittel heeft» Tengevolge van dit besluit wordt het begro
tingstekort andermaal verhoogd.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders om de vergoeding voor het t
u.l.o. op 70,— te stellen wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
8. Voorstel tot het verlenen van voorschot
ten op de vergoedingen ingevolge artikel
101bis der Lager-onderwijswet 1920 over
1961 aan de bijzondere lagere scholen.
Onder reserve, dat dit voorstel als maximaal wordt beschouwd, wordt zonder
hoofdelijke stemming dienovereenkomstig besloten.
9* Voorstel tot het verlenen van voorschot-
ten op de vergoedingen over 1961 aan de
bijzondere kleuterscholen.
10. Voorstel tot tijdelijke verpachting van
gronden.
11. Voorstel tot het opnieuw vaststellen van
de werkgebieden van de beide commissies
tot wering van schoolverzuim.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel
van Burgemeester en Wethouders.
12. Voorstel tot onbewoonbaarveiklaring van
een woning.
Het lid Beljaars vraagt of bij noodgevallen door Burgemeester en Wethou
ders de mogelijkheid wordt bezien om betrokkenen met voorrang aan een andere
woning te helpen.
De Voorzitter zegt, dat de ontruimingsteimijn eventueel kan worden ver
lengd. Aan hetgeen het lid Beljaars bedoelt, wordt wel aandacht geschonken,
doch in de beleidssector is het gewenst het spel van onbewoonbaarveiklaring
verder door te spelen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel
van Burgemeester en Wethouders.
13» Voorstel tot verdere deelneming aan het
maatschappelijk kapitaal van de n.v.
Bank voor Nederlandsche Gemeenten te 1s~
Gravenhage.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het voorstel
van Burgemeester en Wethouders.
14..Voorstel tot wijziging van de verorde
ning op de keurlonen.
Het lid Trompers drukt er zijn spijt over uit, dat het sluitend maken van
de begroting van de vleeskeuringsdienst op deze wijze moet worden nagestreefd;
spreker is bevreesd dat op deze wijze het aantal huisslachtingen zal teruglo
pen, als op de grote gezinnen, welke dergelijke slachtingen in hoofdzaak ple
gen, weer een extra last van 2,50 wordt gelegd.
De Voorzitter acht het voorstel op de daarin ontwikkelde gronden, niet
onredelijk.