1015 ning weergeven. Doch dit is geheel niet aan de orde geweest. Spreker hoopt dat de goedkeuring mag worden verkregen. Gewezen wordt nog op het vertrouwelijke van hetgeen geschreven en ge sproken is. Het lid Trompers zegt, dat hij niets liever zou zien, dan dat het aan vankelijk voorgenomen doel wordt bereikt. De afhandeling is inderdaad moei lijk. Het gerucht, als door het lid Snoeijs medegedeeld, heeft spreker ook gehoord. De Voorzitter verzekert wederom, dat geen enkele bedoeling tot tegen werking bij hem voorzit. Daartegenover rekent spreker er zondermeer op, dat ook de leden van de Raad eerlijk weiken en niemand in diskrediet brengen. Het lid de Koning vraagt, waarom het Economisch Technologisch Instituut en de Provinciale Planologische Dienst er bij worden gehaald. De Voorzitter antwoordt dat dit zo is gesteld in de overeenkomst met de heer Dékkers. Het lid de Koning acht dit geheel onjuist. Spreker ziet dit als een gro te belemmering om het doel te bereiken. De Voorzitter licht dit toe. Toentertijd zat de woningbouw te Zeven- bergschen Hoek bijna vast. De Z.E.V. had het plan 20 premiewoningen voor het bedrijf te bouwen. De adviezen van het Economisch Technologisch Insti tuut en de Provinciale Planologische Dienst kunnen aan Gedeputeerde Staten worden overgelegd. Dit kan de goedkeuring zeker bevorderen. Het lid de Koning merkt nog op, dat, als de woorden van de heer Dékkers waar zijn, deze niet zal ruilen met Meeuwissen. De Voorzitter antwoordt dat Dekkers hiertoe verplicht is. Dit is de ge hele opzet geweest. Het lid Snoeijs zegt nog, dat de heer Dekkers momenteel niet alleen ei genaar is. Ook diens zoon is thans medegerechtigd. De Voorzitter zegt, van dit laatste niet af te weten. Spreker ziet geen reden de goede wil van Dekkers om de overeenkomst tussen hem en de gemeente ten uitvoer te brengen, in twijfel te trékken. Spreker betreurt het, dat door besprekingen in de Raad, Dekkers kop schuw is gemaakt waardoor alles veel stroever is gaan lopen. Het lid Snoeijs zegt, dat in het begin geen juiste voorlichting werd ge geven. Daarom moesten de leden van de Raad wel blijven informeren. Ook werden stukken onthouden. Hier moest nog speciaal naar worden gevraagd. De Voorzitter meent, dat ter zake niet de juiste weg werd bewandeld. Bij de Secretaris had het lid Snoeijs de stukken kunnen inzien, in plaats van steeds maar in de vergadering van de Raad naar deze zaak te vragen. Spreker moet toegeven dat de kwestie wel ingewikkeld is geworden. Het lid Snoeijs zegt, dat ook de leden van de vorige Raad, niet van een contract af wisten. De Voorzitter antwoordt dat men vertrouwen moet hebben in het college van Burgemeester en Wethouders. Gewerkt wordt aan een eerlijke oplossing. An dere bedoelingen hebben niet voorgezeten. Er wordt zoveel verteld en gedacht wat niet juist is. Een eerste vereiste is, dat men elkaar niet misverstaat. Het lid Trompers zegt nog, dat men over deze zaak thans z.i. het beste kan zwijgen. Op verzoék van het lid Trompers doet de Voorzitter een beroep op de pers, deze besprekingen in een rustige sfeer te willen stellen. Het lid Snoeijs informeert naar de bedoeling van de woorden in het con cept-contract t.w. behoudens instemming en goedkeuring enz. Volgens spréker heeft de Raad toch zijn sanctie gegeven. De Voorzitter antwoordt dat op 8 januari jl. een principe-besluit werd genomen. Het komt spreker beter voor tot het doen van de uitgaaf te beslui ten zodra de kwestie met de heer Meeuwissen rond is. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van Binv gemeester en Wethouders.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1960 | | pagina 28