981
De' Voorzitter zegt, dat het gewenst is, hangende het geschil, op deze aan
gelegenheid thans niet te uitvoerig in te gaan. Vellicht kan worden volstaan
met hetgeen ter zake beknopt op schrift is gesteld en ter inzage heeft gelegen.
Het lid de Koning informeert naar de beslissing van het college van Gede
puteerde Staten. Deze uitspraak kan z.i. van belang zijn.
De Voorzitter antwoordt dat de beslissing nog niet bekend is. Misschien
wordt gewacht op uitspraak van de rechter.
Het lid de Koning zegt, de woorden in twijfel te trekken, -eerder door de
Voorzitter gezegd-, dat van de zijde der ambtenaren geen interesse voor bedoel
de woningen bestond. Spreker heeft hierover met ambtenaren gesproken. Hem is
gebleken, dat de huur geen rol speelde.
De Voorzitter antwoordt niet precies meer te weten hoe zich dit heeft ont
wikkeld. Spreker meent te weten, dat enkele ambtenaren geen behoefte meer had
den aan een nieuwe woning. Een andere ambtenaar zou zich hebben teruggetrokken
ten behoeve van landbouwconsulentschap. Misschien heeft het college de verhuur
aan anderen (geen hoofdambtenaren zijnde) als een financieel bezwaar aangevoeld
en deze personen op deze wijze tegen zichzelf in bescherming genomen.
Spreker vraagt, of wellicht het lid Ooijen (toen Wethouder) zich dit nog
kan herinneren.
Het lid Ooijen antwoordt dit niet meer precies te weten.
Aangezien blijkbaar de schriftelijke stand van zaken niet van het begin
af voor de leden ter inzage heeft gelegen, wordt op verzoek van het lid Bel-
jaars, -die de stukken gepasseerde vrijdag heeft ingezien-, het resuml door de
Secretaris voorgelezen.
Voorlopig wordt met afdoening in deze geest akkoord gegaan.
6. Bespreking grondaankoop door particulie
ren (gevraagd door de leden de Gouw,
Trompers, de Koning).
De Voorzitter vraagt aan het lid de Gouw, als eerste ondertekenaar van het
verzoek; tot het houden van een vergadering, wat bedoeld wordt met bespreking
grondaankoop door particulieren.
De leden de Gouw en de Koning zeggen, dat een en ander reeds tot uitdruk
king komt in de volgende voorstellen van Burgemeester en Wethouders.
7. Voorstel tot verkoop van grond, gelegen
te Langeweg, aan C.A. v.d. Heuvelo
De Voorzitter zegt, dat het einde met betrekking tot de bouwplannen van
v.d. Heuvel te Langeweg, thans in zicht komt. Ook met van Gils werd tot over
eenstemming gekomen. De beide noodwoningen moeten nog afgebroken worden. Ook
dit is op korte termijn mogelijk. Het bouwplan is momenteel nog bij de Provin
ciale Waterstaat, welke dienst mede moet beoordelen de afstand uit de weggrens.
Het lid Beljaars betreurt het, dat de noodwoningen verdwijnen. Niet dat
hij de bouwplannen van v.d. Heuvel wenst tegen te houden. Integendeel. Maar de
woningnood wordt niet opgelost. Te Langeweg wordt toch al zo weinig gebouwd.
Er zijn gezinnen, die met een noodwoning geholpen zouden kunnen worden. Kunnen
deze noodwoningen niet elders opnieuw opgebouwd worden
De Voorzitter licht de kwestie van de noodwoningen nogmaals toe. Spreker
stelt zich op het standpunt, dat de noodwoningen zo spoedig mogelijk dienen te
worden afgebroken. De termijn waarvoor deze van oorsprong werden gebouwd, werd
verlengd. Voor bouw elders kan niet worden gevoeld. De kosten bedragen ongeveer
2.500,—. Wellicht zal de bouw elders niet de instemming hebben van de Minis
ter.
Het lid Beljaars wijst op de woningnood te Langeweg. Veel personen wachten