wmmmm
937
Gedeputeerde Staten gaven toestemming voor 'n krediet van f. 73*360,
Directie Volkshuisvesting maakte 8 augustus 1947 bezwaar tegen de soort
bouw, omdat het 'n arbeiderstype was, dus niet ex Pinancieringsregeling Woning
bouw 1947 te financieren. Inmiddels verliep contingent 1947»
De plannen voor de 4 woningen werden aangepast aan de voorschriften van
de Pinancieringsregeling Woningbouw 1948, doch noch in 1948, noch in 1949 wer
den deze woningen geaccepteerd, terwijl de gemeente bleef claimen.
In 1950 werden de plannen goedgekeurd en stelde de Directie van de Volks
huisvesting, dat een sluitende exploitatie verkregen diende te worden,,
Inmiddels stegen de bouwkosten en was het redelijk rendabel maken in ver
huur moeilijk geworden.
Voor de hogere ambtenaren en hoger bedri.ifsnersoneel bestond een toenemend
tekort aan verantwoorde woonruimte en bij de bouw van het nieuwe type wilde de
Raad met deze groep der bevolking rekening houden.
De hoge en inmiddels zeer gestegen bouwkosten eisten een huur, waarvoor
bij de ambtenaren (gemeente en andere diensten) geen algemene belangstelling
meer bestond. 3 mogelijkheden overwogen Burgemeester en Wethouders:
1niet-bouwen. Dit zou weinig verantwoord zijn}
2. bouwen en verhuren aan ambtenaren. De ambtenaren kunnen de rendabele huur
niet opbrengen, zodat het tekort voor rekening der gemeente genomen zou moe
ten worden. Het tekort werd op dat ogenblik berekend op f. 553,— voor de
4 woningen per jaar;
3. als sub 2 bezwaren zou ontmoeten, zou aan de plaatselijke industrie verhuurd
kunnen worden tegen betaling van de volle berekende exploitatie. Om hierop
reeds geïnformeerd te zijn hadden Burgemeester en Wethouders met 3 indus
trieën contact opgenomen om hun eventuele bereidwilligheid te vernemen.
Twee -voor de gemeente zeer belangrijke bedrijven verklaarden zich bereid
elk 2 woningen te huren en de volle last te betalen mits deze woningen voor
personeel der fabriek gereserveerd bleven.
De Raad had andere opvattingen. In de vergadering van 22 september 1950
(35e begrotingswijziging 1950) wenste de Raad zich slechts voor 2 woningen ge
rant te stellen ten behoeve van gemeentepersoneel en besloot dezelfde vergade
ring de Verenigde Coöperatieve Suikerfabrieken en de n.v. Machinefabriek
van Opstal elk SSn woning toe te staan onder voorwaarde van betaling van de
volle exploitatie-last.
(3 ambtenaren: gemeente-ontvanger, Meulblok en Platenkamp dongen naar een
woning. Meulblok zag er van af aangezien hij zijn pand kon blijven bewonen;
gemeente-ontvanger stond ook af voor Landbouwconsulent. De huur speelde ook een
rol).
In verband ook met deze geringere belangstelling bij 0verheids-ambtenaren,
de noodzaak om toch te bouwen maar dan rendabel, zullen Burgemeester en Wethou
ders wellicht teruggevallen zijn op de vroegere correspondentie met Verenigde
Coöperatieve Suikerfabrieken en n.v. Machinefabriek om beiden weer te animeren
voor de 4 woningen.
Het Landbouwconsulentschap opende in januari 1951 besprekingen met het ge
meentebestuur en vraagt voor hoger personeel goede woonruimte. Voor de hoofd
functionaris wordt gedacht aan Sên der 4 middenstandswoningen en, hoe ongaarne,
stemt de n.v. Machinefabriek op uitdrukkelijk verzoek van de gemeente in met
het afstaan van een der twee woningen, omdat men in de vestiging van dit Land-
bouwconsulentschap eveneens een gemeente- en landbouwbelang zag. Voor zover nog
na te gaan, verleende ook de gemeente-ontvanger medewerking. Het Landbouwconsu-
1entschap moest de voorwaarden, aan de industrie gesteld, ook nakomen.
Uitdrukkelijk wordt hier gesteld, dat de vier woningen niet gebouwd waren
als de industrie zich niet zo garant gesteld had.
Aan de beide bedrijven is danook door Burgemeester en Wethouders geschre-
