936 Gemeente te Princenhage heeft niets van zich laten weten. Spreker wijst op de ziekte van de praeses, waardoor wellicht vertraging in de afdoening ontstaat. Spreker acht het gewenst, beide eigenaren op gelijke wijze te behandelen (ergo gelijke vergoeding voor de grond) en stelt voor de beslissing tot een volgende vergadering aan te houden. Met betrekking tot punt F (mededelingen omtrent de ontvangen sommatie van de heer J.P. van Vloten te Amsterdam tot teruglevering van in 1948 onteigende gronden) zegt de Voorzitter nog dat de opmetingen ten behoeve van de provinciale rondweg, reeds in volle gang zijn. Spoedig zal met de aanleg een begin worden gemaakt. Spreker wil nog uitdrukkelijk stellen, dat het standpunt van het col lege met betrekking tot demping van de haven geenszins is gewijzigd. Dit geldt eveneens voor het standpunt van de provinciale waterstaat. Uit een bespreking, heden te s-Hertogenbosch gehouden, is dit nogmaals duidelijk gebleken. Geruchten welke het tegengestelde inhielden, kunnen zonder meer naar het rijk der fabelen worden verwezen. Naar aanleiding van een vraag van het lid de Koning omtrent het rapport be doeld onder G (rapport van het Economisch Technologisch Instituut voor Noord- Brabant omtrent het in de toekomst benodigd aantal winkels) zegt de Voorzitter dat per abuis een verkeerd rapport werd ter inzage verstrekt. Het lid de Koning bedoelt, het rapport omtrent de woningsituatie. De Voorzitter zegt een en ander te rectificeren. De bedoeling is de stuk ken ter inzage te verstrékken en na bestudering hierop terug te komen. Met betrekking tot punt H (zaak Machinefabriek "Brabant" D. van Opstal n.v. contra gemeente Zevenbergen, betreffende woning Burgemeester van Akenstraat 3 alhier) zegt de Voorzitter het gewenst te achten deze kwestie in dit stadium aan de Raad voor te leggen zulks in verband met de kosten, verbonden aan het verder procederen. Het kort geding in eerste aanleg, kostte de gemeente f. 750, Hoewel deze kosten behoren tot de verplichte uitgaven ingevolge de Gemeentewet, meent spreker naar de wensen van de Raad te handelen, teneinde te kunnen verne men of met een en ander akkoord wordt gegaan# Het lid Beljaars vraagt, of de gemeente boven gemaakte afspraken staat. Is er een afspraak, dan moet men zich daaraan houden. Spreker wijst op de in dustriële ontwikkeling en op de kortgeleden plaatsgevonden huldiging. Deze zaak is z.i. zeer onverkwikkelijk. Dwarsbomen komt hem niet gewenst voor» Verkeert de woning van de gemeentesecretaris in een zodanige staat dat deze niet door hem bewoonbaar is of kan niet door middel van de premieregeling een nieuwe wo ning worden gebouwd Spreker wijst op de kosten verbonden aan het procederen. Voorshands is spreker de mening toegedaan, dat voor de Secretaris andere wegen dienen te wor den bewandeld. De Voorzitter vraagt, of Mn der Wethouders wellicht wenst te antwoorden. Wethouder Eland zegt, dat hij wel in tweede instantie, indien nodig, het woord wenst. De Voorzitter zegt vervolgens, dat hij deze kwestie volledig uit de doeken wenst te doen. "In 1947 werd een extra woningcontingent toegestaan van 150$ van grondcon- tingent (öo). Zevenbergen kon 150 woningen bouwen. Om de particuliere bouwers gelegenheid te geven tot bouwen besloot de gemeente 112 woningwetwoningen te bouwen. Daarnaast zouden 31 particuliere-woningen en 4 middenstandswoningen ge bouwd worden. Door het oontingeringsbeleid is van bouwen van de 31 particuliere woningen niets gekomen. Gemeente wilde 4 middenstandswoningen bouwen ex de Financieringsregeling Woningbouw 1947 om te voorzien in een schromelijk tekort aan middenstandswonin gen en om de middenstanders voor deze bouw te interesseren. Geen andere inten tie zat voor.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1959 | | pagina 26