950 Er is thans een aanvrage binnen-gekomen, waarbij een beroep op de gemeen telijke bouwkredietregeling wordt gedaan; daarbij wordt gesteld, dat het niet mogelijk is om langs particuliere weg geld aan te trekken op aannemelijke voor waarden» Bij levensverzekeringsmaatschappijen, die tevens het sluiten van een verzekering als voorwaarde stellen kan dit bezwaarlijk zijn als men reeds een verzekering heeft lopen} bij particuliere banken echter kan het verkrijgen van krediet langere tijd vergen, althans langer dan bij de gemeente» Onder de oude regeling voteerde de' raad bij de begroting een krediet, waaruit Burgemeester en Wethouders naar behoefte konden putten; nu deze rege ling niet meer werd toegepast is geen krediet uitgetrokken en moet dit door Burgemeester en Wethouders worden gevraagd; op de betrokken begrotingswijzi ging moet uiteraard goedkeuring van Gedeputeerde Staten veikregen worden. Dit alles vraagt dus wel even tijd. Het lid Beljaars zegt te veronderstellen, dat -als de raad dit krediet goedkeurt- door Burgemeester en Wethouders de redelijkheid van het verzoek zal worden overwogen. De Voorzitter antwoordt, dat zulks al geschied is. Het lid Beljaars vraagt zich af, wat er zal moeten geschieden als er nog meer aanvragen op dezelfde voet binnenkomen, nu de oude regeling nog niet is ingetrokken; spreker is bang voor de daaruit voortvloeiende consequenties» Slechts indien noodzaak aanwezig is om bedoelde regeling toe te passen kan spreker goedkeuring hechten aan het verlenen van het krediet, doch men kan niet op deze wijze blijven voortgaan. De Voorzitter zegt op het standpunt te staan dat men zich van de oude re geling moet distanciëren; de nieuwe regeling biedt het voordeel dat het rijk eventueel bijdraagt in verliezen. Het lid Beljaars zegt zijn stem nog niet te kunnen geven aan de aangebo den begrotingswijziging. De Voorzitter.zegt dat door aanvrager noch met Burgemeester en Wethou ders noch met de Secretaris over dit krediet is gesproken, doch dat hij zich met een der ambtenaren heeft verstaan. Het lid de Gouw brengt in het midden, dat hem het standpunt van Burgemees ter en Wethouders,zoals door de Voorzitter is uiteengezet, niet bekend was; bovendien is de aanvrage met de Secretaris besproken. De Voorzitter deelt mede, dat bij Burgemeester en Wethouders geen bezwaar bestaat als de raad het benodigde krediet voteert. De Voorzitter vraagt of een der leden stemming wenst. Het lid Beljaars zegt over deze aangelegenheid stemming te verlangen. Na gehouden stemming blijkt het verlenen van het krediet te zijn verwon pen met 4 tegen 5 stemmen0 Voor verlening stemden de leden: van der Beek, Trompers, de Brouwer en Eland; tegen verlening stemden de leden: den Biggelaar, Ooijen, Beljaars, Go- verde en Hibbens. Het lid de Gouw bleef ter voldoening aan artikel 52 der Gemeentewet bui ten stemming. Omtrent de overige voorstellen wordt zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkomstig de overgelegde stukken, 6. Voorstellen tot verkoop van bouwterrein aan diverse personen ten behoeve van pre- mi ebouw. 7. Voorstel tot het van kracht verklaren van de regeling voor erkenning van gasfitters R.E.G. 1959. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van Burgemeester en Wethouders.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1959 | | pagina 20