929
VERGADERING VAN DE GEMEENTERAAD
op donderdag 5 maart 1959
des namiddags 18.45 uur.
Aanwezig zijn de leden: J.G. de Brouwer, R.Eland, H.G.Beljaars, C.Goverde, G.
Ribbens, G.E, v.d. Beek, J.J. den Biggelaar, C.Trom
pers, B.A.Ooijen, A. de Gouw.
Voorzitter: H.E.M.Schaminée.
Secretaris: J.A.A.van der Smissen.
1Opening.
De Voorzitter opent de vergadering met het bij het reglement van orde
voorgeschreven gebed en deelt mede dat bericht van verhindering is ingekomen
van het lid Snoeijs.
2. Loting volgorde stemmingen.
Het nummer van volgorde bij eventuele stemmingen wordt bepaald op nr. 6,
zijnde het lid van der Beek.
b
3. Notulen van de vergadering van 16 janu
ari 1959.
De notulen van de vergadering van 16 januari 1959 worden vastgesteld.
4. Ingekomen stukken en mededelingen.
De Voorzitter deelt mede, dat punt B.3 (verlenen van een bouwkrediet)
nader aan de orde komt bij agendanr. 5 en dat punt C (verslag omtrent de stand
van zaken met betrekking tot de grond van de heer Dekkers) thans van de agen- -
da wordt afgevoerd om daarop in de volgende vergadering terug te komen. Punt
E (voorstel omtrent onteigening van gronden in uitbreidingsplan noord) zal
vermoedelijk wel zijn oplossing vinden en wordt daarom voorlopig teruggenomen.
Omtrent de overige punten wordt, met inachtneming van het vorenstaande,
zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkomstig de voorstellen van Burge
meester en Wethouders.
5. Voorstel tot wijziging van de begrotingen
Het lid Beljaars zal met betrekking tot de verstrekking van het bouwkre
diet aan de heer de Gouw, vervat in de 19e wijziging der begroting 1959 gaar-
ne nadere toelichting ontvangen; spreker meent dat verstrekking van een kre
diet op de voorgestelde wijze een unicum in den lande is.
De Voorzitter deelt mede, dat in het verleden de toestand zo was, dat
slechts weinig geld werd aangeboden en dan nog tegen hoge rente. Om hierin te
kunnen voorzien werd door de gemeente een zg. bouwkredietregeling vastgesteld
voor hen, die zelf moeilijk gelden konden aantrekken. Vooral de levensverzeke
ringsmaatschappijen waren wel bereid geld te verstrekken, doch dan werd daar
aan de voorwaarde verbonden, dat tevens een levensverzekering moest worden ge
sloten. Dit werkte het bouwen door particulieren niet in de hand.
In 1956 kwam een nieuwe regeling tot stand, waarbij er van werd uitgegaan,
dat de gemeenten niet de aangewezen organen waren voor verstrekking van bouw
krediet en. Door de Minister werd daarom verzocht, dat de gemeenten de bestaan
de regeling niet meer zouden toepassen. Er kunnen zich echter gevallen voort
doen waarbij het gewenst is de oude regeling toch nog te doen effecteren.