912 krijgen door gemeenschappelijk onderhoud en vraagt daarvoor van de bewoners der woningen f. 0,25 per week, welk bedrag tegelijk met de huur wordt geind. Dit geldt momenteel enkel voor de Willem III straat en wordt, ook in de toe komst, tot het uiterste beperkt. Het lid Goverde vraagt of hierbij de vrijetijdsbesteding van de bewoners niet in het gedrang komt; zij willen hierin wellicht een vorm van vrijetijds besteding zien. De voorzitter antwoordt, dat men op de gestelde conditie heeft gehuurd. Het lid Goverde ontkent dit; de huurprijs is nl. vastgesteld en daaren boven wordt een bedrag van f.0,25 per week geincasseerd. De voorzitter deelt mede, dat deze vorm in den lande toch wel m£!r voor komt; hiermede is overigens rekening gehouden bij de vaststelling van het uit breidingsplan. Het lid Ooi jen vindt het niet juist dat betrokkenen na de vaststelling van de huurovereenkomst bericht ontvangen, dat zij nog f.0,25 extra verschul digd zijn voor onderhoud van de voortuinen; in het contract toch zijn de voor waarden opgenomen. Spreker zou liever zien dat betrokkenen zelf voor het onder houd zorg dragen en dat, zo nodig, bij niet voldoende onderhoud bepaalde maat regelen worden getroffen. Het lid Beljaars zou dergelijke verplichtingen in het vervolg in het huur contract willen zien opgenomen. Zou hieraan dan niet worden voldaan, dan ware aan betrokkene te berichten, dat hij verplicht is de voortuin door gemeente werken te doen onderhouden. Nadat de voorzitter heeft medegedeeld, dat een dergelijke bepaling tb^3 niet in het contract voorkomt, zegt het lid Beljaars, dat de gemeente dan ook geen recht heeft een bijdrage te vorderen. De voorzitter zegt, dat enkele algemene normen zijn gesteld, waaraan de huurders moeten voldoen en het is dus gewenst, dat de Raad zich er over uit spreekt, dat voor de meer belangrijke straten zékere mogelijkheden in het be lang van de verfraaiing voorhanden zijn. Het lid Goverde acht het dan beter, dat betrokkenen te voren daarvan wor den verwittigd. De voorzitter zegt dat een en ander nog in een ontwikkelingsstadium ver keert en daarom wellicht nog de juiste vorm moet worden gezocht. Bij eventuele volgende plannen zullen betrokkenen tijdig van een en ander in kennis worden gesteld. Wethouder Eland herinnert de voorzitter er aan, dat hij in de vergadering van Burgemeester en Wethouders heeft gesteld, dat de gemeente reeds zwaar ge noeg is belast. Voor dergelijke zaken is veel personeel nodig als men op deze wijze wil voortgaan. Spreker is er tegenstander van dat zulks in de toekomst nog meer plaats vindt. Men behoort betrokkenen zoveel verantwoordelijkheids gevoel bij te brengen, dat men zijn voortuintjes zelf onderhoudt. De voorzitter geeft er de voorkeur aan een en ander nog eens rustig te bekijken. Het lid Ooijen verlaat de vergadering. Volgnummer 196. Het lid Beljaars is het opgevallen, dat ten behoeve van 40 percelen een bedrag van f. 5.000,-- wordt geraamd voor tankwatervoorziening; hierbij wordt uitgegaan van 25 tanks per belanghebbende. De vraag rijst wat men toch met dit water doet, als men bedenkt, dat het hier buitenmensen betreft, die doorgaans gebruik maken van regenwater. Het lid Eland meikt op, dat gebleken is, dat sommige gezinnen aan dit kwantum nog te weinig hebben. Het lid de Koning acht de mogelijkheid niet uitgesloten, dat -nu onlangs weer enige woningen op de waterleiding zijn aangesloten-, de raming wellicht te hoog is.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1958 | | pagina 83