908 Aan- en afvoer per spoor is z.i. primair en aan- en afvoer per schip secondair. Spreker noemt bedrijven als van Opstal en Hartman. Z.i. zoekt men de terreinen te ver af. De voorzitter antwoordt dat hij het geheel met het gesprokene eens is. Echter ligt elk geval toch weer verschillend. Hetgeen Zevenbergen kan bieden, moet benut worden. De gemeente beschikt over spoorraccordement, over een ver binding te water en behoorlijke wegen. De mogelijkheden voor de toekomst worden toegelicht aan de hand van de structuurkaart. In de gedachtengang van het lid Grootenboer zijn alle mogelijkheden aanwe zig. Deze dienen dan ook benut te worden. Men moet verscheidenheid kunnen bie den. Zo zou de spoorlijn naar de V.C.S0 kunnen worden doorgetrokken voor in dustrieterrein ten oosten van de Boode Vaart. Dit kan, aldus spreker niet mooier. Inderdaad zijn er nog vele open vra gen, welke zo direct niet beantwoord kunnen worden. Heel deze aangelegenheid dient bezien te worden in het kader van de ontwikkeling Randstad Holland. Het lid Snoeijs vraagt, wat de gemeente Klundert doet op het territoir aansluitend aan dat van Zevenbergen, zulks naar aanleiding van het gestelde onder punt 4 van het voorstel. Meermalen heeft spreker gehoord van de geringe medewerking en samenwerking der betrokken gemeentebesturen. De voorzitter antwoordt dat de drie gemeenten Klundert, Zwaluwe en Zeven bergen samenwerken. Onderling werd afgesproken dat primair het gebied langs de Roode Vaart tot ontwikkeling zal worden gebracht. Het lid Snoeijs informeert naar de mogelijkheid van subsidie bij de bouw van hallen enz. Kan ook hier de regeling toepassing vinden als b.v. te Et ten en Oudenbosch. De voorzitter wijst op de inhoud van de 6e industrialisatie-nota. Nieuwe ontwikkelingsgebieden zullen worden aangewezen. West-Noord-Brabant wordt daarin niet met zoveel woorden genoemd. Men is de mening toegedaan, dat dit gebied eigen ontwikkelingsmogelijkheden heeft. Zondermeer mag worden aangenomen dat het provinciaal bestuur aan de ontwikkeling van Zevenbergen aandacht zal schen ken. Zie ook hiervoor het eerder genoemde bericht in de pers. De gemeente komt in de belangstelling. Het rapport van de provincie zal wellicht nog dit jaar verschijnen. Het lid Snoeijs wijst op het z.g. Haringvlietplan. Bij verwezenlijking er een zodanige trék ontstaan, dat in deze omgeving weinig overblijft. Voor de ze mogelijke trek ontstaat, dient men in deze omgeving industrieel bezet te zijn. De Burgemeester zegt, het hiermede geheel eens te zijn. Dit is inderdaad zeer belangrijk. Tijdig dienen op velerlei gebied maatregelen te worden genomen. Zo dient o.a. een gunstig klimaat te worden geschapen. De maatschappelijke problemen moeten worden bezien, spreker denkt voorts aan sanering, winkelpro blemen enz. Niet mag worden vergeten, dat het Haringvlietplan zeer hoog is gegrepen. Wellicht biedt Noord-Brabant goedkopere ontwikkelingsmogelijkheden. Intussen, zo verzekert de voorzitter, treft deze gemeente haar maatregelen. Wij doen wat wij kunnen. Het lid Beljaars wijst eveneens op de wenselijkheid der gemeentebesturen om op dit terrein samen te weiken. De mogelijkheden voor vestiging van industrie ën dienen inderdaad verschillend te zijn. Als zodanig heeft dan ook het industrie terrein aan de Schansdijk, georiënteerd op scheepvaart, zijn instemming. Deze verscheidenheid in aanbod zeil veel geld kosten. Deze uitgaven zijn z.i. verant woord. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van Burge meester en Wethouders.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1958 | | pagina 79