905
Spreker meent dat hier sprake is van een nodeloze uitgaaf
De voorzitter zegt, dat vanwege de provincie enige publicaties zijn ver
schenen. In verband hiermede is het wellicht gewenst ook op deze plaats enige
mededelingen te doen.
Spreker vestigt de aandacht op de brief van de Commissaris der Koningin
dd. 21 oktober 1958. De persoonlijke mening van de Commissaris is, dat hij voor
de verdere ontwikkeling van de gemeente Zevenbergen de demping van de haven, en
daarmede de sanering van de kom, van groot belang acht.
Spreker belicht de facetten van beide tracé's. Gestreefd moet z.i. worden
naar demping van de haven. Te zijner tijd zal toch wellicht rijksweg 17 worden
doorgetrokken. De haven was dan gedempt en kon een ander karakter krijgen. Het
verkeer midden door Zevenbergen zou z.i. een tijdelijk karakter dragen. Overi
gens zou vroeg of laat toch wel een rondweg komen. Vele besprekingen zijn in
augustus jl. gevoerd. Gemeentebestuur diende inzicht te geven in de technische
en juridische problemen aan de haven-demping verbonden.
De plannen van het Heemraadschap waren enigszins zwaar. Contact werd opge
nomen met het Ingenieursbureau van Kleef teneinde te kunnen aantonen, dat haven
demping goedkoper en effectiever kon geschieden dan aanvankelijk van andere zij
den werd gesteld.
Tijdens de boottocht naar de Deltawerken werd hierover nog uitgeweid, waar
bij spreker de wenselijkheid benadrukte van inschakeling van het Ingenieurs
bureau van Kleef. Dit rapport (de z.g. overkluizing) is hier in het geding.
Volgens dit rapport waren de kosten van z.g. overkluizing redelijk te achten en
het werk was technisch uitvoerbaar. De Hoofdingenieur-Directeur van de Provin
ciale Waterstaat moest dit beamen. De uitvoering lag dus voor de gemeente niet
moeilijk. Binnen de gestelde termijn van 2^ jaar kan het werk zijn gereali
seerd. Ook juridisch zou alles afgewerkt en gereed kunnen zijn. Dit juridisch
rapport werd uitgebracht mede op verzoek van de Heemraad voor de Scheepvaart
van Mark en Dintel t.w. mr. dr. C.N.M.Kortmann, Burgemeester van Breda. In snel
tempo werden besprekingen gevoerd en overleg gepleegd. Een rapport werd opge
steld en uitgebracht. De Heemraad voornoemd, was het met de inhoud daarvan ge
heel eens en had niets toe te voegen. Z.i. was het rapport, gezien de korte
tijd van voorbereiding, uitstékend opgesteld. Dit rapport kostte niets, aange
zien dit geheel ten gemeentehuize is vervaardigd.
Daarna werd aan de hand van beide rapporten (a. het technische en b. het
administratief-juridische) wederom met de Provinciale Waterstaat gesproken.
Deze dienst duchtte allerlei bezwaren. De noodzakelijkheid en wenselijkheid van
demping zag men in. Desondanks prefereerde men het tracé via het uitbreidings
plan noord. Deze weg komt nabij het pompgemaal op de huidige Schansdijk en daar
na over het terrein "De Oude Dankbaarheid" en over de haven nqar de Langeweg na
bij het kantoor van de V.C.S.
Dit zou dan voor deze gemeente, de maximale oplossing zijn. De haven zou
dan niet worden gedempt, althans voorlopig niet. Het college van Burgemeester
en Wethouders bleef er bij, de pogingen tot demping voort te zetten. Een bespre
king met de Commissaris der Koningin is toen gevolgd.
De Commissaris wilde echter de Provincie niet in moeilijkheden brengen en
tevens de aansluiting van rijksweg 17 met rijksweg 16 niet stagneren.
Van de zijde der gemeente werd gezegd, geenszins de aanleg van de rondweg
te willen tegenhouden mits met de plannen van de demping stringent kon worden
doorgewerkt.
In genoemde brief schrijft de Commissaris dan ook: "Ik neem dan ook aan,
dat van de zijde van het provinciaal bestuur, aan de dempingsplannen, waar dit
mogelijk is, de nodige medewerking zal worden verleend".
Het spel is evenwel nog niet uit. Nog wordt niet stil gezeten. Het Heem
raadschap van de Mark en Dintel moet in de kom van Zevenbergen nog diverse
werkzaamheden verrichten, o.a» de bruggen herstellen. Dit vraagt veel geld.