3) Huisnummer 6. Deze woning wordt betrokken door acht personen, bestaande uit drie gezin nen. De hierdoor vrijkomende woning heeft nog geen bestemming. Huisnummer 4. ^eze woninS wordt ^trokken door een uit 11 personen bestaand gezin, ter wijl de daardoor vrijkomende woning wordt betrokken door een uit 6 personen be staand gezin, dat thans gehuisvest is in een tot noodwoning ingericht schaft- xoicaal# Huisnummer 2. Deze woning wordt betrokken door een uit 7 personen bestaand gezin. De daar door vrijkomende woning, bevattende 5 slaapkamers en zolder, kan worden betrok- f en door een uit 9 personen bestaand gezin (waarbij zieke kinderen) terwijl de daardoor vrijkomende woning wordt betrokken door een uit 3 personen bestaand ge zin. De gemiddelde bezetting per woning is ruim 7 gezinsleden. Tot de gezinnen behoort een aantal jonge huishoudingen, waarvan uitbreiding verwacht mag worden. Het gemeentebestuur stelt zich op het standpunt, dat gezinnen niet telken male moeten verhuizen als de gezinsgrootte uitbreidt. Het platteland vraagt dit geenszins De gemeente bouwt nog 34 grote woningen, zij heeft de bedoeling in continu- bouw nogmaals 13 woningen te bouwen van het type der 16 woningen en in 1958, indien dit mogelijk is, nogmaals 34 van het type, waarvan nu de 34 gebouwd worden. In totaal staan er dus nog 81 dezer woningen op de nominatie waarvan er dus 34 zeker realiseerbaar zijn. Dit bouwen geschiedt met een vooropgezet doel. Door noodzakelijke sanering, door opschuivingen, door uitgroei van gezinnen, door het scheppen van mogelijkheden om thuis te kunnen studeren, te kunnen wer ken, behoorlijk maatschappelijke functies te vervullen, meent ons college alles zins verantwoorg^Je^zijn op de thans ingeslagen weg voort te gaan. Dat bij/misnoegen ontstaat en zelfs ontgoocheling omdat men in augustus van dit jaar öf geen grote woning dT geen opschuivingswoning heeft gekregen moge be- grijpelijk lijken, doch wordt toch in bepaalde gevallen ook weer ingegeven door motieven, welke niet direct met woonruimte te maken hebben. Omvang van meubelen, stand, huurprijs, samenwonen van gezinnen enz, spelen menigmaal een rol. Naarmate de niet-geslaagden of niet-naar-hun-zin-geslaagden een bepaalde mentale instelling hebben, reageert men. De een zocht ontlading in het vernielen van ruiten van het gemeentehuis, de ander adresseert, een derde dreigt. Droevig is, dat er steeds elementen zijn, die in agitatie groeien en dit aanstoken,wetend, dat men met willige objecten te maken heeft. De rust in de gemeenschap wordt er door bedreigd en de goede bedoelingen van hen, die naar eer en geweten getracht hebben uit de warwinkel van problemen toch nog iets goeds voor allen te maken, worden hierdoor miskend. Uitdrukkelijk zij vastgesteld, dat zij, die zich met het probleem van de woningverdeling bezig houden, of hebben gehouden, waardering behoeven voor hun objectief, maar dikwijls zeer moeilijk werk. Het heeft weinig zin in een enkel geval zouteloze critiek te spuien tegen de J achtergrond van die honderden gevallen, welke na 1944 aan woonruimte zijn ge holpen. Waarachtig, Zevenbergen heeft voor hetere vuren gestaan. Het heeft weieens gerommeld, maar niemand verloor zijn zelfbeheersing, al werd wel eens een onver togen woord geuit.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1957 | | pagina 68