800
Juist voor deze laatste 3 of 4 maanden, hu het grootste werk gebeurd is, en
alleen het onderhoud nog rest, dus het z.g. seizoen-werk, is spreker van me
ning, dat dit wel door de plaatselijke middenstand kan gebeuren.
De voorzitter antwoordt, dat het de uitdrukkelijke bedoeling is de man
ook werk te doen verrichten; het wordt geen opzichter, zoals de heer de Koning
suggereert. Dat er in de afgelopen 2 jaar nog geen aanstelling geschied is,
ligt aan de raad. Het krediet staat reeds 2 jaar op de begroting. De toestem
ming van de raad is er dus reeds.
De heer de Koning merkt op, dat er thans een verhoging van deze post ge
vraagd wordt, waarop de voorzi-tter mededeelt, dat dit verband houdt met de
laatste prijsstijgingen. De post is daardoor niet toereikend. De raad wil al
les toch netjes in orde hebben
Met betrekking tot het seizoenwerk merkt de voorzitter op, dat het juist
de bedoeling is, buiten het seizoen veel werkzaamheden te doen verrichten; ook
ligt het in de bedoeling zelf te gaan kweken, de directeur verwacht hier veel
van.
De heer de Koning acht dit wel voor grotere gemeenten lonend, doch niet
voor Zevenbergen.
De voorzitter zegt, dat het in geringe mate reeds geschiedt (liguster
enz.). We zullen dan goedkoper uit zijn.
De heer de Koning vraagt, wie dit dan nu doet, waarop de voorzitter ant
woordt, dat het door de eigen dienst geschiedt, hoewel nog zeer matig, omdat
men er geen verstand van heeft.
De heer de Koning is van mening, dat de gemeente niet overal deskundigen
voor kan aantrekken.
De voorzitter zegt, dat men nu twee vliegen in een klap kan slaan, een
deskundige, die tevens het werk doet.
De heer Dekkers is van oordeel, dat uitvoering door particulieren goed
koper zal zijn, dan op de wijze zoals thans voorgesteld wordt. Men moet het
wel tevoren doen aannemen.
De voorzitter zegt, dat de ervaringen niet gunstig zijn, doch hij wil
het experiment nogmaals proberen.
De heer Dékkers meent, dat dit toch te bezien is.
De heer Eland is van oordeel, dat Zevenbergen overbelast raakt met onder
houd van plantsoenen en stroken. Dit gaat veel geld kosten. Spreker meent dan
ook, dat er volop werk is voor een vaste kracht, die deskundig is; als deze
zich voor dit weik wil geven, zich van zijn taak bewust is, gelooft spreker
dat deze meer dan hard nodig zal zijn, dat er zelfs nog méér hulp nodig zal
zijn. Hij moet weten wanneer gesnoeid moet worden, moet deskundig zijn en
zijn vak kennen.
De voorzitter zegt, dat er 15 b 16 sollicitaties binnen zijn, waarbij
van uitstekende krachten.
De heer Trompers is de mening toegedaan, dat het werk door de dienst van
gemeenteweiken vrij aardig is verricht, en wil het daarom nog een jaar probe
ren. Spreker gelooft, dat dit goedkoper zal zijn en zegt, dat we niet boven
onze stand moeten leven.
De voorzitter antwoordt, dat we nog niet eens bp onze stand leven; deze
zaak is nu 2 jaar bezien, en grondig bezien, burgemeester en wethouders doen
dit niet voor niets.
De heer Eland vraagt zich daarop af, of dit nu wel aan de orde is, er
is toch reeds eerder besloten een tuinman aan te stellen.
De voorzitter beaamt dit, doch vraagt, of thans de algemene mening van
de raad is, niet tot aanstelling over te gaan.
De heer Eland merkt dan op, dat er niets nieuws is gekomen, het gaat
slechts om een groter bedrag. Waarom is te laag geraamd