787 De heer Eland zegt, dat geen opgave van kosten is gedaan door het econo misch technologisch instituut, hoewel dit toch wel gevraagd werd. Spreker wil er niet zo maar inlopen, zonder dat cijfers bekend zijn. De voorzitter zegt, dat het gemeentebestuur de belangen zo scherp moge lijk wil dienen; het is niet bekend hoeveel dit gaat kosten, doch slechts de werkelijke kosten zullen in rekening gebracht worden. Tegenover de belangen zijn deze onkosten geen factor van betekenis. De heer Eland acht dit agendapunt, gezien de aard der andere punten, zeer ongelukkig gekozen. De voorzitter verwijst naar andere raadsverslagen en zegt, dat we steeds verder achterop komen. De heer van der Made meent, na de meningen van de raadsleden beluisterd te hebben, deze geest te bespeuren; dat minder geld uitgegeven dient te wor den. De provinciale planologische dienst kost echter geld; de belastingen dienen verhoogd te worden thans, in verband met de bestedingsbeperking. Spreker is daar ook voorstander van. De voorzitter vraagt zich af, of de heer van der Made de omzet van zijn zaak zal gaan veminderen als hij hogere belastingsaanslagen krijgt» De heer van der Made ontkent dit, doch zegt, dat hij dan de uitgaven gaat beperken. Dit moet economisch bekeken worden zegt spreker, Hij meent, dat de verhoging der belastingen bij het publiek niet erg in de smaak zal vallen. Hij is echter wel voor het algemeen belang. De voorzitter merkt op, dat de heer van der Made de mening van het pu bliek dient te kennen, niet spreker. De heer Ooijan kan het slechts toejuichen, dat het college van burgemees ter en wethouders plannen wil doen maken ter ontsluiting van dit gebied. Er is reeds veel over geschreven; we moeten proberen van dit gedeelte van Brabant te maken wat het geweest is. Getracht moet worden de mensen in eigen omgeving te werk te stellen. De aangewezen weg volgens spreker, is juist het maken van de plannen zoals door het college wordt voorgesteld. De voorzitter zegt, dat dit ook juist zijn bedoeling is. De klok moet niet stil of achteruit gezet worden. Straks komen de uiteindelijke plannen nog in de raad. Het gereedmaken duurt langer dan 2 maanden. De heer Grootenboer vraagt, of de tijd niet bij benadering te zeggen is. De voorzitter kan hierop niet bevestigend antwoorden. Het kan jaar,doch ook 1 jaar duren, dit is niet vooraf te zeggen. De heer Eland zou het voorstel liever teruggenomen zien. De voorzitteq&oopt, dat de leden het voorstel nog eens nader zullen bestu deren en deelt mede, het thans te zullen terugnemen. 12, Voorstel tot het nemen van een besluit tot vaststelling van een grondexploi tatieverordening alsmede tot wijziging der bouwverordening. De heer Eland zou gaarne het voorstel zien toegelicht, het is hem nog niet geheel duidelijk. De voorzitter geeft deze toelichting, waarop de heer Eland nog de vraag stelt, of dit geen ingrijpen wordt in het eigendomsrecht De voorzitter ontkent dit, de te maken verordening slaat op het uitbrei dingsplan, niet op de gronden binnen de bebouwde kom gelegen. Zonder hoofdelijke stemming wordt daarna overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 13. Voorstel tot wijziging der begrotin gen.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1957 | | pagina 43