isjts 708 Op een vraag dienaangaande van het lid de Koning deelt de voorzitter mede, dat bij de bouw van de nieuwe brandweergarage reeds met plaatsruimte voor deze wagen is rekening gehouden en bovendien zelfs met een eventueel aan te kopen ladderwagen. Vervolgens zegt de voorzitter dat door de inspecteur is geatten deerd op de lange levertijden voor dit soort materieel zodat het gewenst is met de begroting 1957 af te wachten, doch thans reeds tot aankoop te besluiten. Zonder hoofdelijke stemming wordt het gevraagde krediet verleend. De voorzitter wendt zich vervolgens tot de inspecteur, zijn dank uitspre kend voor de betoonde bereidwilligheid voor het geven van voorlichting en hem feliciterend met het feit dat in zijn district het areaal nevelspuiten wederom met een zal worden uitgebreid. De inspecteur doet gaarne de toezegging op alle mogelijke manieren behulp zaam te zullen zijn bij de uitvoering van het genomen besluit en verlaat de vergadering. 4. Ingekomen stukken en mededelingen. Met betrekking tot punt D (subsidie oudheidkundige kring) vraagt het lid de Koning of deze kring al dan niet door de gemeente als zodanig wordt erkend en of de gemeente stimulering van de doelstellingen gewenst of noodzakelijk acht; zo ja, dan ware aan het verzoek om subsidie gehoor te gevai; het niet be- j zitten van een eigen gebouw behoeft daarvoor toch geen belemmering te zijn; oorzaak en gevolg gaan hier samen; het is immers moeilijk om zonder subsidie een gebouw te verkrijgen en uiteindelijk zal men dan noch subsidie, noch op bergruimte hebben. Spreker vraagt of niet een ander standpunt kan worden inge nomen. De voorzitter deelt mede, dat het gemeentebestuur bij de beoordeling van dit verzoek is afgegaan op het advies van de archivaris die voor deze werkzaam heden uiteraard wel belangstelling heeft, doch die het standpunt is toegedaan dat de gedane uitgaven weinig te maken hebben met de historie van Zevenbergen op zich zelf. Een zo kleine vereniging behoort zich dan geen grote uitgaven te getroos ten als de plaatselijke geschiedenis niét in het geding is. Daarom achten bur gemeester en wethouders voorshands geen reden aanwezig tot het doen van een an der voorstel; men moet de tering naar de nering weten te zetten. Bovendien heeft de dienst oudheidkundig bodemonderzoek in overweging gegeven de nodige voor zichtigheid te betrachten bij deze activiteiten; het verdient geen aanbeveling een bodemonderzoek te doen instellen door amateurs. Al is dit nog zo goed be doeld, men doorkruist de belangen der deskundigen. Uiteraard heeft de vereni ging de belangstelling van het gemeentebestuur, voorzover zij zich wijdt aan de geschiedenis van Zevenbergen. Het lid Eland maakt uit de woorden van de voorzitter op, dat de archiva ris wel belangstelling heeft voor de werkzaamheden der vereniging; waarom is hij daarbij dan niet aangesloten, voelt hij zich daarbij niet thuis of wat is de reden daarvan De voorzitter is de mening toegedaan, dat de archivaris wel het werk van de kring apprecieert, doch dat hij zich als deskundige niet zal presenteren, zeker niet als hij niet gevraagd wordt. Hieruit mag echter geen controverse tussen de organen worden afgeleid. Het lid van Unnik vraagt met be trekking tot punt E (subsidie aan de chr. gemengde zangvereniging Excelsior Hallelujah in het tekort van de uitvoering van "Die Schöpfung) waaruit dit subsidie zal worden geput. Spreker is niet te gen het verlenen van dit subsidie, doch hij zou niet gaarne zien, dat een en an der in mindering komt op de gewone post voor subsidie aan culturele verenigin gen-» De voorzitter antwoordt dat zulks ook niet de bedoeling is; er wordt een aparte post op de begroting geraamd.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1956 | | pagina 32